Superleague Formula: Superleague ondergaat een gedaantewisseling (update)
Transitie
Maar het voetbalconcept wordt niet zomaar overboord gegooid. En dus gaat het op een hybride kampioenschap lijken. Auto’s in nationale kleuren met op het staartvlak het logo van een nationale voetbalclub. Dus de Union Jack – nee, geen British Racing Green – als hoofdkleur met een rood Liverpool staartvlak.

Of onze eigen nationale driekleur met PSV-logo op de staart. Of nog liever: weer een echte oranje bolide. Die komt er in Assen ook, alleen niet als PSV-auto. Robert Doornbos zal er met een oranje auto gaan rijden, met mogelijk de nieuwe sponsor van de Racing Days erop. Dat wordt de Gamma en daarmee heeft Lee van Dam een grote partner binnen gehaald.

“Het wordt veel groter dan Rizla. Sterker nog, ik denk dat na Marlboro in het verleden, dit de grootste sponsor in de Nederlandse autosport gaat worden. Ze zijn namelijk heel wat van plan. Nog niet dit jaar maar in de komende jaren willen ze het groots aanpakken”, verklapt de organisator van zowel de Racing Days als de Superleague Formula op het TT-circuit van Assen. Dat het landenconcept wordt omarmd is ook niet meer dan logisch want het geeft flink veel meerwaarde. Sterker nog, het zou de redding kunnen zijn voor een op zich interessante raceserie, die anders binnen een jaar waarschijnlijk ook over de kop gaat. Men heeft trouwens ook drastische financiële veranderingen aangekondigd. De afgelopen drie jaar betaalden de teams inschrijfgelden waarvoor ze van de organisator de auto, motoren, brandstof en banden kregen en het vervoer werd geregeld. En daarbij was er een ongelooflijk volle prijzenpot. Met ingang van dit jaar moeten de teams zelf hun motoren leasen en de banden en brandstof betalen. Plus een significant inschrijfgeld. En dat heeft een serieus effect op de financiële huishouding van de teams, die dus nu gedwongen zijn om die rijders aan te trekken die ook echt geld kunnen meenemen.
Robin Webb erkent dan ook dat er naar andere wegen gezocht moet worden. “Voor mij geldt alleen het financiële plaatje. In tegenstelling tot de A1GP van Tony Teixeira hebben wij nog nooit een euro uitgegeven, dan wel toegezegd, die we niet in kas hebben. En dat willen we zo houden. Dus als er morgen een partij komt die een aanbieding doet met een andere invalshoek gaan we zeker luisteren. De combinatie met voetbal is niet heilig. Als de Nieuw-Zeelanders, waar zo goed als geen voetbalcultuur is, een auto willen inzetten met een rugbyclub, dan staan we daarvoor open. En als de meerderheid zegt dat we alleen voor het landenconcept moeten gaan, nemen we dat ook serieus in overweging. Zolang we maar met deze, bewezen interessante, raceklasse door kunnen gaan”, zegt de Brit, die erbij vertelde dat de Angolese oliemaatschappij Sonangol niet langer sponsor is. Volgende week wordt een nieuwe partner aangekondigd, of misschien wel pas na Assen. Dat alles dit jaar weer op het laatste moment is, verbaast de insider niet zo. Zo is er een ruime week voor de start van het seizoen nog maar een zevental coureurs bekend. De betrokken teams nemen een x-aantal auto’s voor hun rekening, die ze zelf moeten zien te vullen. En daarvoor betalen ze dus een fee aan de SF-organisatie. En coureurs weten maar al te goed dat, hoe langer je wacht, hoe meer de prijzen naar beneden gaan!
Wereldwijde branding
PSV blijft, ook na het verstrijken van de eerste contracttermijn, de Superleague Formula trouw, ondanks de financiële malaise waarin de club verkeert. Het oorspronkelijke plan was trouwens dat de clubs 1 miljoen euro per jaar zouden krijgen voor de naamsverbintenis. Dat enorme bedrag is dus nooit betaald maar er wordt wel degelijk geld naar de voetbalclubs over gemaakt. Voor PSV is er echter meer in het spel, zo zegt Peter Kentie, manager Marketing & Media van PSV.

“De club is een globale speler en voor het voetbal en de club is belangrijk dat de club ook in verre landen op de kaart staat. In Brazilië zijn we al bekend maar het moet nog meer worden. En ook in China zien we dat het Nederlandse voetbal en ook PSV veel volgers heeft. Dat komt uiteindelijk ook onze bedrijfsvoering ten goede”. Kentie erkent dat na het eerste jaar, waarin de club met Yelmer Buurman aan het stuur vice-kampioen werd, de belangstelling voor de Superleague Formula binnen PSV is gedaald. “We hebben ook teveel wisselingen met teams en rijders gekend. Dat is voor een warme club als PSV geen goede zaak. Vandaar dat we blij zijn dat Yelmer weer bij ons terug is. We hadden destijds een hele warme band met hem en die is ook zo gebleven, ondanks dat hij voor andere clubs ging rijden. Yelmer past heel goed bij ons. Wij zijn in feite een provincieclub en Yelmer is ook een jongen uit de provincie. Wat hij uitstraalt past uitgesproken goed bij de club”.