In memoriam Jean Pierre Jabouille
Vanuit Frankrijk ontvingen wij vanavond het trieste bericht dat oud F1-coureur Jean Pierre Jabouille op 80-jarige leeftijd is overleden. Jabouille schreef in 1979 geschiedenis door als eerste coureur met een turbo-aangedreven F1 Renault de Grand Prix van Frankrijk te winnen. Door het titanenduel tussen zijn teamgenoot René Arnoux en de betreurde Gilles Villeneuve stond die overwinning enigszins in de schaduw.
Jean Pierre Jabouille de man die het gezicht van de F1 eind zeventiger/begin tachtiger jaren met het Turbo Concept volledig veranderde.
Tekst en Foto's Willem J. Staat
In memoriam Jean Pierre Jabouille
Alles of Niets dat liep als een rode draad door de autosportcarriére van Jean Pierre Jabouille. De jeugdige Jabouille begon zijn carriére als Citroën verkoper en raakte op een goede dag bevriend met de bekende Franse Ferrari-verzamelaar Pierre Bardinon waardoor het autosportvirus oversloeg. Bij zijn eerste deelname aan een heuvelklim op de Monte Dore viel de jeugdige Jean Pierre direct in de prijzen. Vervolgens kwam er in 1966 de introductie van de Renault Gordini Cup die zijn carriére echt op gang bracht. In de werkplaats van Jean Claude Hrubon raakte Jabouille voor het leven bevriend met Jacques Laffite, zijn toekomstige zwager. Samen met Hrubon nam Jean Pierre met een Mini Marcos aan de 1000 KM van Monza deel.
Het prijzengeld uit de Renault Gordini Cup stelde Jabouille in staat om een F3 Brabham te kopen en won in 1967 direct in Reims en het Deense Djursland. Vervolgens volgde in 1968 de overstap naar een Matra MS F3 waarmee hij drie overwinningen wist te behalen. (Montlhery, Magny Cours en Dijon) Uiteindelijk verloor hij de titel aan Francois Cevert. Zijn talent bleef niet onopgemerkt en Jean Pierre kreeg uitnodigingen om voor Matra in de F2 op Hockenheim uit te komen van Alpine voor de 24U van Le Mans met een 2L auto.
Jean Pierre Jabouille droeg enorm veel inbreng aan de eerste RS01 V6 Renault Turbo motor bij.
In 1969 kwam Jean Pierre voor het Alpine fabrieksteam uit en zorgde samen met zijn teamgenoot Patrick Depailler voor een adembenemende finish op Montlhery. Depailler won met een miniem verschil de wedstrijd. In 1970 kwam Jabouille voor het kleine Pygmee team in de F2 uit. Daarnaast kwam de Parijzenaar voor Matra zonder veel succes in de sportscars uit. Er zijn incidentele succesjes met de Escuderia Montjuich Ferrari 512 S in de 1000 KM van Parijs en in het FIA 2L Sportscar kampioenschap in 1971.
Fun tussen de Turbotests door.
De band met Renault
Naast enkele F3 wedstrijden in 1972 kwam Jabouille in de F2 uit waar de definitieve basis werd gelegd voor het F1 project enkele jaren later. Na twee derde plaatsen op Le Mans met Matra in 1973 en 1974 volgde de band met Renault. Eerst een deelname met een 2L A440 aan het 2L FIA Sportscarkampioenschap waarin hij dat jaar als derde eindigde. Twee F1 deelnames op Dijon en in Zeltweg 1974 met een F1 Surtees lopen op een niet kwalificatie uit. Inmiddels draaide bij Renault de ontwikkeling van de V6 Turbo op volle toeren en samen met Gerard Larrousse behaalde met de A442 het eerste succes op Mugello. In 1976 won Jabouille dan eindelijk voor Renault met de ELF2 de FIA F2 titel.
1977 Uniek op Zandvoort. De allereerste Renault RS01 Turbo.
Na een weg vele ups en nog meer downs eindelijk dan weer eens een titel voor de Fransman. Voor de Franse GP kreeg Jabouille een F1 Tyrrell 007 toevertrouwd en eindigde als 12e. Achter de schermen werkte ingenieur Jabouille hard aan de ontwikkeling van de F1 RS01 Renault Turbo die IN 1977 bij vijf Grand Prix wedstrijden in actie kwam. Voor de Canadese GP wist de Renault ingenieur zich niet te kwalificeren. Eind 1978 kwam met een vierde plek op Watkins dan eindelijk de doorbraak.
Eerste successen met de RS10 in 1979 maar Jean Pierre moest toch in zijn carriere vaak in het stof bijten.
Eindelijk victorie Pour La Gloire de La France
En eindelijk kwam er dan in 1979 die fantastische doorbraak van de Turbo-motor op Dijon. En toch stond Jabouille weer in de schaduw van misschien wel zijn grootste succes. Het ongelofelijk duel tussen René Arnoux en Gilles bepaalde in de geschiedenisboeken voor eeuwig het gezicht van de Franse Grand Prix. De rest van het seizoen werd voor Jabouille met de Renault RS02 een ramp. In 1980 wint Jabouille met Renault voor de laatste maal een Grand Prix op het Oostenrijkse Zeltweg. In Canada crashte hij zwaar en liep zwaar beenletstel op.
In 1981zette Jabouille al snel een punt achter zijn carriére. Hij was niet competitief genoeg meer.
Het huwelijk tussen Jabouille en Renault vertoonde voor de crash in Montreal al de nodige scheurtjes. Achter de schermen was er voor het seizoen 1981 allang bij het team van Ligier getekend. Jabouille kwam nog zes wedstrijden voor met de Talbot Ligier Matra V12 uit. Maar was vanwege het opgelopen letstel niet competitief meer. Na de Spaanse GP besloot Jabouille definitief een streep onder zijn F1 carriere te zetten en werd door de onlangs overleden Patrick Tambay vervangen.
Heroïsche duel met de Peugeot 505 brachten het plezier weer in het racen terug. Hier op Montlhery 1985
Comeback in Supertourisme
Het bloed kroop al snel waar het niet gaan kon en Jabouille vocht samen met Jean Pierre Beltoise en Jean Pierre Malcher legendarische duels met de Peugeot 505 in het Franse Supertourisme kampioenschap uit. Het contact met Peugeot leidde ertoe dat oud FIA President hem als sportdirecteur voor het merk binnenhaalde. Jabouille was na Renault nu bij Peugeot andermaal de grote man achter de Le Mans- en sportscar successen. Voor zowel McLaren als het Jordan F1 team waren de Peugeot-motoren in 1994 en 1995 een drama. Het kostte hem de kop.
Onvergetelijke tijden en duels. Jabouille en Jean Pierre Malcher strijden om de kop op Montlhery. De enkele weken geleden overleden Michel Ferté volgt.
Vervolgens richtte hij zijn eigen sportscar team op. In 1997 behaalden Mauro Baldi en Emmanuel Collard een aantal successen met de Porsche 911 GT1. Het grootste succes voor Jabouille als teameigenaar kwam in 1999 toen de combinatie Mauro Baldi en Laurent Redon met een Ferrari 333 SP de 1000 KM van Spa won. Begin millenniumjaren was Jabouille bij het Pagani Zonda project betrokken maar ook dit kende weinig succes. Daarna lag de focus op historische evenementen en het opbouwen van een eigen collectie historische raceauto's.
Zo zullen we ons Jabouille herinneren. Een techneut die geen tijd om te poseren. Maar druk betrokken bij zijn technici.
Techneut Jabouille die in de tachtiger jaren geschiedenis schreef was geen supertalent maar heeft met de komst van de turbomotoren enorm bijgedragen aan de technische veranderingen in de F1. Daaraan zal hij blijvend herinnerd worden. Jean Pierre Jabouille werd 80 jaar oud en overleed vandaag aan de ziekte van Parkinson.
Jean Pierre Jabouille de man die het gezicht van de F1 eind zeventiger/begin tachtiger jaren met het Turbo Concept volledig veranderde.
Tekst en Foto's Willem J. Staat
In memoriam Jean Pierre Jabouille
Alles of Niets dat liep als een rode draad door de autosportcarriére van Jean Pierre Jabouille. De jeugdige Jabouille begon zijn carriére als Citroën verkoper en raakte op een goede dag bevriend met de bekende Franse Ferrari-verzamelaar Pierre Bardinon waardoor het autosportvirus oversloeg. Bij zijn eerste deelname aan een heuvelklim op de Monte Dore viel de jeugdige Jean Pierre direct in de prijzen. Vervolgens kwam er in 1966 de introductie van de Renault Gordini Cup die zijn carriére echt op gang bracht. In de werkplaats van Jean Claude Hrubon raakte Jabouille voor het leven bevriend met Jacques Laffite, zijn toekomstige zwager. Samen met Hrubon nam Jean Pierre met een Mini Marcos aan de 1000 KM van Monza deel.
Het prijzengeld uit de Renault Gordini Cup stelde Jabouille in staat om een F3 Brabham te kopen en won in 1967 direct in Reims en het Deense Djursland. Vervolgens volgde in 1968 de overstap naar een Matra MS F3 waarmee hij drie overwinningen wist te behalen. (Montlhery, Magny Cours en Dijon) Uiteindelijk verloor hij de titel aan Francois Cevert. Zijn talent bleef niet onopgemerkt en Jean Pierre kreeg uitnodigingen om voor Matra in de F2 op Hockenheim uit te komen van Alpine voor de 24U van Le Mans met een 2L auto.
Jean Pierre Jabouille droeg enorm veel inbreng aan de eerste RS01 V6 Renault Turbo motor bij.
In 1969 kwam Jean Pierre voor het Alpine fabrieksteam uit en zorgde samen met zijn teamgenoot Patrick Depailler voor een adembenemende finish op Montlhery. Depailler won met een miniem verschil de wedstrijd. In 1970 kwam Jabouille voor het kleine Pygmee team in de F2 uit. Daarnaast kwam de Parijzenaar voor Matra zonder veel succes in de sportscars uit. Er zijn incidentele succesjes met de Escuderia Montjuich Ferrari 512 S in de 1000 KM van Parijs en in het FIA 2L Sportscar kampioenschap in 1971.
Fun tussen de Turbotests door.
De band met Renault
Naast enkele F3 wedstrijden in 1972 kwam Jabouille in de F2 uit waar de definitieve basis werd gelegd voor het F1 project enkele jaren later. Na twee derde plaatsen op Le Mans met Matra in 1973 en 1974 volgde de band met Renault. Eerst een deelname met een 2L A440 aan het 2L FIA Sportscarkampioenschap waarin hij dat jaar als derde eindigde. Twee F1 deelnames op Dijon en in Zeltweg 1974 met een F1 Surtees lopen op een niet kwalificatie uit. Inmiddels draaide bij Renault de ontwikkeling van de V6 Turbo op volle toeren en samen met Gerard Larrousse behaalde met de A442 het eerste succes op Mugello. In 1976 won Jabouille dan eindelijk voor Renault met de ELF2 de FIA F2 titel.
1977 Uniek op Zandvoort. De allereerste Renault RS01 Turbo.
Na een weg vele ups en nog meer downs eindelijk dan weer eens een titel voor de Fransman. Voor de Franse GP kreeg Jabouille een F1 Tyrrell 007 toevertrouwd en eindigde als 12e. Achter de schermen werkte ingenieur Jabouille hard aan de ontwikkeling van de F1 RS01 Renault Turbo die IN 1977 bij vijf Grand Prix wedstrijden in actie kwam. Voor de Canadese GP wist de Renault ingenieur zich niet te kwalificeren. Eind 1978 kwam met een vierde plek op Watkins dan eindelijk de doorbraak.
Eerste successen met de RS10 in 1979 maar Jean Pierre moest toch in zijn carriere vaak in het stof bijten.
Eindelijk victorie Pour La Gloire de La France
En eindelijk kwam er dan in 1979 die fantastische doorbraak van de Turbo-motor op Dijon. En toch stond Jabouille weer in de schaduw van misschien wel zijn grootste succes. Het ongelofelijk duel tussen René Arnoux en Gilles bepaalde in de geschiedenisboeken voor eeuwig het gezicht van de Franse Grand Prix. De rest van het seizoen werd voor Jabouille met de Renault RS02 een ramp. In 1980 wint Jabouille met Renault voor de laatste maal een Grand Prix op het Oostenrijkse Zeltweg. In Canada crashte hij zwaar en liep zwaar beenletstel op.
In 1981zette Jabouille al snel een punt achter zijn carriére. Hij was niet competitief genoeg meer.
Het huwelijk tussen Jabouille en Renault vertoonde voor de crash in Montreal al de nodige scheurtjes. Achter de schermen was er voor het seizoen 1981 allang bij het team van Ligier getekend. Jabouille kwam nog zes wedstrijden voor met de Talbot Ligier Matra V12 uit. Maar was vanwege het opgelopen letstel niet competitief meer. Na de Spaanse GP besloot Jabouille definitief een streep onder zijn F1 carriere te zetten en werd door de onlangs overleden Patrick Tambay vervangen.
Heroïsche duel met de Peugeot 505 brachten het plezier weer in het racen terug. Hier op Montlhery 1985
Comeback in Supertourisme
Het bloed kroop al snel waar het niet gaan kon en Jabouille vocht samen met Jean Pierre Beltoise en Jean Pierre Malcher legendarische duels met de Peugeot 505 in het Franse Supertourisme kampioenschap uit. Het contact met Peugeot leidde ertoe dat oud FIA President hem als sportdirecteur voor het merk binnenhaalde. Jabouille was na Renault nu bij Peugeot andermaal de grote man achter de Le Mans- en sportscar successen. Voor zowel McLaren als het Jordan F1 team waren de Peugeot-motoren in 1994 en 1995 een drama. Het kostte hem de kop.
Onvergetelijke tijden en duels. Jabouille en Jean Pierre Malcher strijden om de kop op Montlhery. De enkele weken geleden overleden Michel Ferté volgt.
Vervolgens richtte hij zijn eigen sportscar team op. In 1997 behaalden Mauro Baldi en Emmanuel Collard een aantal successen met de Porsche 911 GT1. Het grootste succes voor Jabouille als teameigenaar kwam in 1999 toen de combinatie Mauro Baldi en Laurent Redon met een Ferrari 333 SP de 1000 KM van Spa won. Begin millenniumjaren was Jabouille bij het Pagani Zonda project betrokken maar ook dit kende weinig succes. Daarna lag de focus op historische evenementen en het opbouwen van een eigen collectie historische raceauto's.
Zo zullen we ons Jabouille herinneren. Een techneut die geen tijd om te poseren. Maar druk betrokken bij zijn technici.
Techneut Jabouille die in de tachtiger jaren geschiedenis schreef was geen supertalent maar heeft met de komst van de turbomotoren enorm bijgedragen aan de technische veranderingen in de F1. Daaraan zal hij blijvend herinnerd worden. Jean Pierre Jabouille werd 80 jaar oud en overleed vandaag aan de ziekte van Parkinson.