Italiaans GT: Guidetti en Moncini Sprint-kampioen na zenuwslopende titelstrijd op Mugello
35 GT3-, GT Cup- en GT4-auto's namen deel aan de Sprint-finale op Mugello
Afgelopen weekend was Autodromo del Mugello gastheer van de laatste ronde van het Campionato Italiano Gran Turismo, het Italiaans GT-kampioenschap, waarin de Sprint-titels werden beslist in twee races van ieder vijftig minuten. Jacopo Guidetti en Leonardo Moncini kwamen als leiders in de tussenstand naar het Toscaanse circuit in een Honda van Nova Race. Ze werden op de voet gevolgd door de Ferrari van Daniele Di Amato en José Manuel Urcera (Scuderia Baldini 27), Timo Glock en Jens Klingmann (BMW Italia Ceccato Racing), de Mercedes-AMG van Kikko Galbiati (Antonelli Motorsport) en de Lamborghini van Alberto Di Folco (Imperiale Racing). Ondanks dat ze die leiding verloren op de zaterdag door goede prestaties van Di Folco & Middleton en Glock & Klingmann, kwamen Guidetti en Moncini fel terug op de zondag en wonnen niet alleen de race, maar ook het kampioenschap.
Tekst: Vincent Bruins (Twitter: @VincentJBruins)
Foto's: PR
Di Folco behield de eerste plek vanaf pole positie bij de start van Race 1. Di Amato kwam niet goed weg en het ging van kwaad tot erger toen hij spinde en ver terugviel. Guidetti passeerde Glock voor de tweede plaats. Jonathan Cecotto (LP Racing) bleef aan kop in de Pro-Am-klasse op de vierde plek algemeen voor Galbiati's teamgenoot Matteo Cressoni. De Safety Car kwam kortstondig op de baan, toen Emanuele Tabacchi (EF Racing), een kampioenschapskandidaat in de Am-klasse van de GT Cup-divisie, in de grindbak terechtkwam na contact met Giovanni Berton (Krypton Motorsport). Guidetti ging voorbij aan Di Folco bij de herstart, maar hij remde te laat en viel terug naar de vierde positie. Di Amato was ondertussen teruggekomen van buiten de top dertig algemeen naar binnen de top tien, voordat het tijd was voor de verplichte pit stops.
Na tien seizoenen fabriekscoureur te zijn geweest, was dit de laatste race van Glock als werknemer van BMW
Riccardo Pera, wiens bijrijder Gianluca Piccioli in een spannend gevecht om het GT Cup-Pro-Am-kampioenschap zat met Luigi Cazzola en Rocco Mazzola (Easy Race), verloor de eerste plek in zijn klasse aan Ebimotors-teamgenoot Vito Postiglione, maar beide Porsches zouden tijdens de pit stops terugvallen. Na de rijderswissels bleef Di Folco's teamgenoot Stuart Middleton vooraan, op de hielen gevolgd door Klingmann, Francesco Guerra (Nova Race), Moncini, Galbiati en Cecotto's teamgenoot Di Giusto. Nederlander Jop Rappange (Antonelli Motorsport) was de algemene top tien binnengereden, nadat Emilio Pesce vanuit de pitstraat was gestart, maar hij schakelde Am-klasseleider Alessandro Cozzi (AF Corse) uit. De Ferrari stond vast in de grindbak en dat zorgde voor een tweede neutralisatie.
Cecotto en Di Giusto versloegen Pesce en Rappange in het Pro-Am-kampioenschap van de GT3-divisie
Middleton wist iedereen achter zich te houden in de korte sprint naar de finish. Hij won samen met Di Folco voor Glock & Klingmann en Guidetti & Moncini. Galbiati & Cressoni en Di Amato & Urcera maakten de top vijf af voor Cecotto en Di Giusto die het Pro-Am-kampioenschap op hun naam schreven. Guerra werd zevende samen met Matteo Greco na een tijdstraf. Het GT Cup-podium werd volledig ingenomen door Lamborghini's. Rodrigo Testa (Rexal FFF Racing Team) won voor Giacomo Barri & Eric Scalvini (Team Italy) en Andres Mendez (Bonaldi Motorsport). Piccioli spinde van de baan en het lukte hem niet om punten goed te maken op Coluccio en Mazzola die zelf weinig scoorden door mechanische problemen. Ferrari-coureurs Alessandro Berton en Samuele Buttarelli (SR&R) wonnen in de Am-klasse in de GT Cup-divisie.
Coluccio en Mazzola op weg naar het Pro-Am-kampioenschap in de GT Cup-divisie
UITSLAG RACE 1
Marco Butti (Audi Sport Italia) was het snelst in de kwalificatie voor Race 2 en leidde de openingsstint voor Middleton, Moncini, Klingmann, Urcera die een aantal posities verloor na gestart te zijn vanaf de voorste rij, en Galbiati. Tijdens de pit stop window raakte Butti de Porsche Cup-auto van Jeffrey Nelson. De Amerikaanse Ebimotors-coureur werd de bandenstapels in gekatapulteerd. Butti's teamgenoot Simone Patrinicola bleef aan de leiding na de herstart en de rijderswissels. Middleton en Klingmann maakten niet de beste pit stops mee, waardoor Di Folco en Glock terugvielen. Uiteindelijk raakten ze elkaar en verpestten ze elkaars kansen op de titel. Guidetti passeerde Patrinicola om de race en het kampioenschap te winnen. Cecotto en Di Giusto zegevierden wederom in de Pro-Am-klasse na een straf voor Audi Sport Italia, terwijl Di Amato en Ureca het algemene podium afmaakten voor Cressoni & Galbiati en Greco & Guerra. Am-klassewinnaar Cozzi werd indrukwekkend zesde.
Guidetti en Moncini zijn de Italiano Gran Turismo Sprint-titelwinnaars van 2022
Am-klasserijders Eliseo Donno en Giammarco Marzialetti (Best Lap) wonnen de GT Cup-divisie algemeen voor Enrico Di Leo en Poppy (AB Motorsport), de nieuwe kampioenen in die klasse. Pera en Piccioli zegevierden in de Pro-Am-klasse in GT Cup, maar het was niet genoeg om Coluccio en Mazzola te verslaan in de puntenstand. In de GT4-divisie kwamen Filippo Bencivenni en Fulvio Ferri die tweemaal wonnen op Mugello, gelijk te staan in het kampioenschap met Nova Race-Mercedes-AMG-teamgenoot Alexander Schjerpen. Omdat het eerstgenoemde duo exact dezelfde resultaten had behaald als de Noor – vier overwinningen, drie tweede plaatsen en een derde plaats – moeten ze de GT4-titel delen.
Bencivenni en Ferri op de voet gevolgd door Schjerpen
UITSLAG RACE 2
In 2023 zal het Campionato Italiano Gran Turismo dezelfde Endurance- en Sprintraces organiseren op dezelfde circuits, maar ze zullen in een andere volgorde verreden worden. Het nieuwe seizoen begint met een ronde voor het Sprint-gedeelte op 6 en 7 mei op Misano World Circuit Marco Simoncelli.