DTM: Spengler pakt eerste pole van het seizoen

Bruno Spengler

De eerste kwalificatie van het nieuwe DTM-seizoen kende de nodige verrassingen. Bijvoorbeeld de kampioenen uit 2005 en 2006, Paffett en Schneider, die niet in de laatste kwalificatieronde kwamen, evenals de polekoning van 2006, Jamie Green. De grootste verrassing kwam echter van F3 Euroseries-kampioen Paul di Resta, die bij zijn debuut de 2005 Mercedes naar de derde plaats stuurde. De pole ging naar Bruno Spengler, die Martin Tomczyk 0.077 seconde sneller af was.

Tekst: Daan Jeuken

De eerste kwalificatieronde kende nog weinig verrassingen; Ickx, Luhr, Premat, Carroll, Lauda en Abt waren de uitvallers, allemaal niet rijdend met de nieuwste auto en – Christian Abt daargelaten – niet bijzonder veel DTM-ervaring. In de tweede sessie waren er echter des te meer opvallende namen tussen de uitvallers. De kampioenen Gary Paffett (veertiende) en Bernd Schneider (negende) en kwalificatiespecialist Jamie Green (dertiende) haakten vroegtijdig af in de strijd om de pole. Ook Alexandros Margaritis, Mike Rockenfeller en Susie Stoddart bleven steken in de tweede ronde.

In de laatste ronde waren de verschillen uiterst klein. Bruno Spengler reed een tijd van 1:34.369, waarop iedereen zich stuk beet. Hiermee reed de Canadees dus naar poleposition, maar de voorsprong op zijn gevolg was minimaal. Martin Tomczyk kwam 0.077 seconde te kort op de pole, maar haalde op zijn beurt de voorste startrij met een voorsprong van 3 duizendste op de verbluffende Paul di Resta, met zijn 2005-bolide.




Paul di Resta

Mattias Ekström, snelste in de eerste twee delen van de kwalificatie, eindigde als vierde, voor Tom Kristensen, die Timo Scheider met 5 duizendste achter zich hield. Mika Häkkinen kon zijn titelaspiraties nog niet helemaal waarmaken en kwam 4 tiende te kort. Daniel la Rosa kwam ook netjes in de laatste sessie, maar kon daar wegens technische problemen niet rijden.

Uitslag kwalificatie DTM
Hockenheim, zaterdag 21 april 2007
1. Bruno Spengler, 1:34.369
2. Martin Tomczyk, op 0.077
3. Paul di Resta, op 0.080
4. Mattias Ekström, op 0.232
5. Tom Kristensen, op 0.312
6. Timo Scheider, op 0.317
7. Mika Häkkinen, op 0.405
8. Daniel la Rosa, geen tijd
9. Bernd Schneider, op 0.749
10. Alexandros Margaritis, op 0.767