Sportscars: Groeten uit La Chartre-sur-le-Loir: Derek Bell, 40 jaar later
De Gulf-GR8, de winnende auto van Bell/Ickx uit 1975, voor het Hôtel de France
Als er een gelegenheid is om een historisch feit in de autosport te vieren, dan moet je dat natuurlijk doen, en als dat kan in een mooie omgeving, met de juiste auto en de hoofdrolspeler van destijds erbij en onder het genot van een heerlijke lunch, dan is dat natuurlijk nog beter. Zo behoefden we dan ook niet lang na te denken toen vanuit het hoofdkwartier van olieconcern Gulf de uitnodiging kwam voor een exclusieve lunch met Derek Bell ter gelegenheid van het 40-jarig jubileum van diens eerste Le Mans-zege, mét de originele Gulf-GR8 van destijds erbij, en ook nog in Hôtel de France in La Chartre-sur-le-Loir, gezegend met een uitstekende keuken en een plaats die bol staat van de racehistorie.
Tekst en foto's: René de Boer en Mattijs Diepraam (vanuit La Chartre-sur-le-Loir)
We hebben het verhaal rondom Hôtel de France, dat faam verwierf als verblijfplaats van het Aston Martin-fabrieksteam in de jaren vijftig en daarna het team van John Wyer met diverse legendarische auto's als de Ford GT40, Porsche 917 en de Gulf-Mirages, allemaal in de beroemde blauw-oranje Gulf-kleuren, al vaker uit de doeken gedaan, zoals bijvoorbeeld hier en hier en hier. Twee jaar geleden werd het hotel, dat meer dan honderd jaar en vier generaties lang in het bezit van de familie Pasteau was, overgenomen door de Britse bouwmagnaat en autosportliefhebber Martin Overington. Die investeerde flink wat geld in de stiekem toch wel broodnodige renovatie van de kamers en de overige ruimten, waardoor het geheel een aanmerkelijk frisser aanzien kreeg, maar wel het historische karakter bewaard bleef. Het personeel in bar, restaurant en keuken bleef grotendeels hetzelfde.
Achter van links naar rechts Roald Goethe, de eigenaar van de Gulf-GR8, Derek en Justin Bell, en vooraan Justins zoon
Het Hôtel de France was derhalve een uitgelezen locatie om de eerste Le Mans-overwinning van Derek Bell in 1975 in stijl te vieren. "En al willen sommige mensen dat misschien liever niet horen, die eerste was ook gelijk mijn mooiste" aldus Bell. Uit de schitterende Rofgo-collectie van de Duitser Roald Goethe werd de originele Gulf-GR8 tevoorschijn gehaald en op de Place de la République voor het hotel geëxposeerd. "Dit is de echte, met de rode wielen. Een genot om die auto weer eens te zien", zei Bell. De Gulf-GR8 is uniek in de autosport vanwege het feit dat de technische afdeling van Gulf een belangrijke bijdrage leverde aan de ontwikkeling van de auto, terwijl Gulf ook officieel in de benaming van de auto is opgenomen.
De Nederlander Frank Rutten van Gulf Oil
Kwaliteiten laten zien
"Voor ons als oliemaatschappij is de autosport een van de weinige mogelijkheden om onze kwaliteiten te laten zien en tevens inzichtelijk te maken dat het wel degelijk verschil maakt welk merk olie je gebruikt", verklaarde de Nederlander Frank Rutten, Vice-President International bij Gulf Oil International Group. "Met de successen in de jaren zestig en zeventig als basis is ons merk nog steeds onlosmakelijk met de autosport verbonden, en dat vindt vandaag de dag zijn voortzetting in onze betrokkenheid bij Aston Martin."
Mooie anekdotes van Derek Bell, geïnterviewd door zijn zoon Justin
Derek Bell vertelde, ondermeer geïnterviewd door zijn zoon Justin, die alweer een aantal jaren als autosportverslaggever voor de Amerikaanse TV-zender Fox actief is, smakelijk over zijn belevenissen van 40 jaar geleden. "We sliepen in het Hôtel de France, en natuurlijk waren er heel wat Engelsen mee, volgens mij sliep half Leicestershire hier. Ze dronken voor hun vaderland, maar op vrijdagavond zei ik op een gegeven moment: 'Nu vind ik het mooi, ik ga naar bed, want ik moet morgen een race rijden.' Een uurtje later of zo word ik wakker van een hels kabaal: al die Engelsen kropen op hun knieën door het hotel, onder het luidkeels zingen van het lied 'Hey-ho, hey-ho'. Enfin, later in de nacht word ik opnieuw wakker en had het idee dat de muren wel erg gehorig waren, want ik hoorde iemand luid snurken. Dat bleek een neef van me te zijn, die zijn kamer niet kon vinden en op de gang voor mijn kamerdeur in slaap gevallen was. Niet echt optimale voorbereiding voor de race dus, maar het is toch nog aardig gelukt, dacht ik zo."