Div: Het debuut van de Renault Sport Trophy op Spa

Na tien jaar Mégane vond Renault het hoog tijd voor een nieuw Trophy-element in de World Series by Renault. Het resultaat werd iets meer dan een toerwagen: de Renault RS01, een gelikte GT-verschijning rondom een heuse LMP2-achtige monocoque. De Renault Sport Trophy beleefde afgelopen weekend op Spa zijn debuut. Met overweldigende inbreng uit Nederland. AUTOSPORT.NL sprak met vele Nederlandse betrokkenen.
Tekst: Mattijs Diepraam
Foto's: Chris Schotanus
Dat de World Series by Renault er een serieuze categorie-met-dak-erop bij heeft, staat buiten kijf. Wie je ook spreekt in de paddock op Spa, iedereen is het erover eens: de RS01 heeft zijn looks mee. Ook onderhuids is het indrukwekkend: de auto is opgebouwd rondom een monocoque van Dallara, met een in het midden geplaatst NISMO-turboblok van 500 pk. Met een gewicht van ruim 1000 kg is hij zwaarder dan een monoposto, maar ten opzichte van F3, GP3 of Formule Renault 2.0 is het vermogen aanzienlijk groter.

Het chassis kost drie ton en is daarmee relatief goedkoop ten opzichte van een GT3. Ook de onderdeleninkoop bij Renault is betrekkelijk voordelig. Hetzelfde geldt voor de banden: Michelin ontwikkelde rubber dat heel lang meegaat en dat tijdens de gebruiksduur nauwelijks prestatieverlies kent. De motor is gedowntuned van 580 pk, zodat ook daar geen grote schadeposten zijn te verwachten.
Het format van de klasse is slim uitgedacht. Elke auto heeft een rijdersduo dat bestaat uit een professional (de Elite-klasse) en een amateur (de Prestige-klasse). Op zaterdag is er een Endurance-race van 80 minuten, met rijderswissel, op zondag twee individuele sprintraces. De puntentelling is net zo slim, want de Endurance-race heeft zijn eigen punten, net als het Elite- en Prestige-kampioenschap. Professionals worden zo niet het slachtoffer van een amateuristische fout, net zomin als de liefhebbers nadeel hebben van een overmoedige beroeps.

"Het is een wereld van verschil met de Mégane Trophy", aldus Frans Verschuur, wiens Equipe Verschuur een trouwe partner van de World Series is en die samen met V8 Racing Nederland vertegenwoordigt onder de teams. Hij zet twee auto's in voor het vader/zoon-team Jeroen Schothorst/Steijn Schothorst en het Portugese duo Miguel Ramos/Antonio Coimbra. "Ik vergelijk het veel meer met de Porsche waarmee we in 2008 met Jos, Jeroen en Peter van Merksteijn de LMP2-klasse op Le Mans wonnen. Tegelijk is de auto zo gebouwd dat ook een amateur er zich zeker en veilig in voelt, met ABS en traction control."
De auto is volgens Verschuur bovendien multi-inzetbaar. "In de winter gaan we er ook de 12 Uur van Abu Dhabi en de 24 Uur van Dubai mee doen, al moeten we de performance van de auto dan nóg verder terugschroeven. Zo kunnen we de extra kilometers maken om de auto's terug te verdienen. Sowieso rijden we met deze auto's veel meer – 6000 km per jaar, ten opzichte van 3500 km met de Mégane. Zo veel rijtijd is ook voor de coureurs interessant. Niet alleen voor de profs, maar ook voor amateurs die deze klasse vergelijken met de Blancpain Endurance Series."

Het veld was op Spa nog mager, met 13 auto's, maar volgens Verschuur is het een kwestie van tijd. "De auto was pas in februari klaar, terwijl veel teams en sponsors al in november knopen doorhakken. Dat was een handicap. Maar in de loop van het jaar komen er zeker auto's bij. Zelf wil ik volgend jaar vier auto's inzetten."
Bij V8 Racing had de overstap naar de Renault Sport Trophy ook een praktische kant. "Met onze Corvettes konden we niet meer in het GT Open terecht", legt Francesco Pastorelli uit. "Dat kampioenschap is nu exclusief voor GT3's en dat werd ons te duur. Al snel keken we naar de Renault Sport Trophy. Renault zet altijd iets moois neer op dit vlak en de evenementen van de World Series zijn natuurlijk drukbezocht."

"Het is ook prettig dat het een eenheidsklasse is. We hebben dus geen toestanden met een Balance of Performance. We zijn er meteen met drie auto's, want Renault vroeg ons of we met onze structuur drie auto's aankonden. We hadden er de rijders voor, dus waarom niet?" Bij V8 Racing rijden nu Roy Geerts/Max Braams, Nicky Pastorelli/Diederik Sijthoff en Federico Leo/Stefano Costantini.