Sportscars: Groeten uit Le Mans: het medicijn van de legende

Na het tragische ongeval van Allan Simonsen beleefden we hier in Le Mans de rest van de 24-uursrace als één grote kater. Bepaald geen omstandigheden om vrolijke updates te doen van campingfeesten en burnouts op de rotonde van Houx – nog los van de smakeloosheid daarvan. Bij wijze van medicijn doken we vandaag daarom het verleden in.

Tekst en foto's: Mattijs Diepraam

De gewijde stilte van het museum en de jubileumtentoonstelling ter ere van 90 jaar Le Mans vormde de ideale opkikker tijdens een wedstrijd waarover in het perscentrum een sfeer hangt die een collega vrij helder onder woorden bracht: 'Dit is zo'n race waarvan je eerlijk gezegd denkt: ik zit nu liever in de kroeg' - ook al zit er nog aardig wat venijn in de staart.

Dus hoe fijn was 't om gewoon even tussen de ouwe (en nog niet zo ouwe) meuk te staan. De speciale tentoonstelling op het binnenterrein bestond uit een door publieksstemming bij elkaar geraapte selectie van hoogtepunten uit de Le Mans-geschiedenis. Van Alfa 8C tot Audi R18 e-tron quattro en alles daartussenin: Bentley Blower, Jaguar D-type, Ford GT40, Porsche 917, Porsche 962C, Mazda 787B, Peugeot 905, Audi R10 TDI.

Ook in het museum konden we wegdromen. Veel Franse trots: de Chenard & Walcker natuurlijk, de winnaar van die eerste editie in 1923, maar ook Alpine, Panhard, DB, Matra, Inaltera, Rondeau en Pescarolo. Het buitenland werd vooral vertegenwoordigd door Porsche en Jaguar, twee van de grootste Le Mans-merken. Al hangt er een donkere sluier over deze jubileumeditie – niet alleen letterlijk in de lucht, maar ook geestelijk – het verleden én de toekomst van Le Mans zijn springlevend.