Sportscars: Groeten uit Le Mans: het bijprogramma (2)

Nadat in 2012 Group C het geschiedkundig verantwoorde deel van het voorprogramma mocht verzorgen, zijn in de Legend-race van dit jaar de auto's uit '45-'65 terug. We snoven de sfeer in het paddock op.
Tekst en foto's: Mattijs Diepraam
Aan de geur weet je binnen twee tellen waar je bent: aan dat verleidelijke parfum van minerale oliën is niet te ontsnappen. We ontwaren een grote variatie aan activiteit: er zijn auto's die de vrije training schijnbaar probleemloos hebben overleefd, zoals de Ferrari 275 GTB van Jan Gijzen en de Healey 3000 van Karsten Le Blanc en Christiaan van Lanschot, de Nederlandse deelnemers in het veld. Roerloos staan ze tussen de auto's waar nog van alles aan moet gebeuren. "Het enige probleem was een lekke band, omdat ze de binnenband er weer eens niet goed in hadden gelegd. Verder loopt alles op rolletjes", vertelt Jan.
Bij een Cobra hebben ze net een motorwissel achter de rug, verderop ligt de complete motor plus versnellingsbak van een Franse Lola Mk1 los op het asfalt, bij de Cooper Monaco van de vader van Natascha Gachnang komt de stoom uit de radiator blazen. De TZ1 van Jason Wright hield er gisteren na een rondje mee op, zegt zijn monteur gefrustreerd. "Tijdens de test liep hij nog fantastisch! Dat zul je altijd zien." Inderdaad, maar Le Mans is met zijn kilometerslange rechte stuk ook geen normaal circuit.
Nog erger is het bij de auto's van David Wenman. Bij de Lister Costin die hij deelt met Julian Bronson, klapten er twee zuigers uit. Einde oefening. De C-type die David samen met zoon Andrew rijdt, kon ook al geen tijd zetten. Een mysterieus olielek. "We hebben de hele auto doorgelicht, maar niks kunnen vinden. Morgen starten we wel, maar de vraag is hoe ver we komen..."
Verderop zit Chris Harris, de autojournalist die bekend is van YouTube-kanaal Drive. Hij rijdt een Lister Le Mans Coupé. "Gisteren waren mijn eerste meters op Le Mans. Nooit eerder hier gereden. En de auto ken ik ook pas net. Ik doe dus puur voor de lol mee. Maar wát een motor!" schreeuwt hij als het Jaguar-blok aanslaat en onwennig door het lagere toerenbereik stapt. "Onder de 3000 toeren doet hij niks, maar daarboven: één vlakke koppelkromme. Hij blijft maar gaan."
De bijzonderste auto van het veld is ongetwijfeld de Maserati Tipo 151 die later dit jaar terugkeert naar de Goodwood Revival. De auto is al een kunstwerk, de motor is net zo'n plaatje. Morgen vormt hij met tientallen andere gouwe ouwen de ouverture van de echte 24 uur.





