Dragracing: Europese Top Fuel-rijders op Pomona uitgeschakeld
Geen van de drie Europese Top Fuel-rijders is er in geslaagd zich te plaatsen voor de eliminaties van de NHRA Auto Club Finals op Pomona. Zowel Lex Joon als Jöran Persåker en Stig Neergaard kregen tijdens de laatste twee kwalificatiesessies te kampen met technische problemen en bleven daardoor buiten de topzestien.
Tekst: Remco Scheelings
Helaas is het Lex Joon niet gelukt zich te plaatsen voor de eliminaties van de NHRA Auto Club Finals op Pomona, de laatste wedstrijd van de NHRA Full Throttle Drag Racing Series. Bij de derde kwalificatierun hielden de cilinders aan de linkerkant van de motor het al snel voor gezien waarna er op de 1/8 mijl ook nog het nodige vuur rond de motor zichtbaar werd. In 5,11 seconden passeerde de Nederlander de finish en hoewel deze score zeker niet genoeg zou zijn geweest voor kwalificatie werd de tijd hem (omdat de auto olie op de baan had achtergelaten) ook nog afgenomen. De vierde en laatste kwalificatiepoging moest Joon aan zich voorbij laten gaan. Bij het starten van de motor werd meteen duidelijk dat één van de cilinders niet meewerkte en om verdere schade te voorkomen werd de motor stilgezet. De Nederlander eindigde daarmee op een 25ste kwalificatiepositie, uiteraard een grote teleurstelling nadat Joon bij de eerste kwalificatierun nog een tiende tijd had laten noteren.
Ook de andere Europeanen kwamen op de laatste kwalificatiedag in de problemen. Stig Neergaard zette in de derde run een tijd van 4,25 seconden op de klokken en ging bij de laatste poging ‘up in smoke’. De Deen eindigde met zijn tijd op de 23ste positie. Jöran Persåker ging bij zijn derde poging ‘up in smoke’, raakte bij zijn vierde run uit de koers en reed vervolgens op de 1000 voet door de tijdwaarneming waarop diskwalificatie volgde. De Zweed sloot de kwalificatie daardoor als 24ste af.
Beter verging het Tony Schumacher. De nummer twee in de tussenstand van het kampioenschap veroverde in de laatste run met een tijd van 3,794 seconden de pole position. Belangrijker was echter dat hij daarmee zijn achterstand op Larry Dixon terugbracht tot 82 punten. Als Dixon tijdens de eliminaties in de eerste ronde wordt uitgeschakeld en Schumacher de wedstrijd wint en een nieuw nationaal record rijdt, gaat de titel toch nog naar de U.S. Army-piloot. Het lijkt wellicht een onmogelijke opgave maar in 2006 was de situatie precies hetzelfde en pakte Schumacher de titel door in de finale een voor onmogelijk gehouden record op de klokken te zetten.
Bij de Funny Cars behield Ashley Force de eerste kwalificatiepositie en verbeterde John Force zich naar plaats twee. De achterstand van John Force op lijstaanvoerder Matt Hagan bedraagt 38 punten. Veertienvoudig kampioen Force moet nu twee eliminatieronden verder komen om Hagan van zijn eerste titel af te houden.
In de Pro Stock klasse is de titelstrijd al beslist. Met een vierde kwalificatiepositie pakte Greg Anderson voldoende punten om een onoverbrugbaar gat te slaan naar Mike Edwards. Voor Anderson is het zijn vierde titel. Eerder won hij het Pro Stock kampioenschap in 2003, 2004 en 2005.
Tekst: Remco Scheelings
Helaas is het Lex Joon niet gelukt zich te plaatsen voor de eliminaties van de NHRA Auto Club Finals op Pomona, de laatste wedstrijd van de NHRA Full Throttle Drag Racing Series. Bij de derde kwalificatierun hielden de cilinders aan de linkerkant van de motor het al snel voor gezien waarna er op de 1/8 mijl ook nog het nodige vuur rond de motor zichtbaar werd. In 5,11 seconden passeerde de Nederlander de finish en hoewel deze score zeker niet genoeg zou zijn geweest voor kwalificatie werd de tijd hem (omdat de auto olie op de baan had achtergelaten) ook nog afgenomen. De vierde en laatste kwalificatiepoging moest Joon aan zich voorbij laten gaan. Bij het starten van de motor werd meteen duidelijk dat één van de cilinders niet meewerkte en om verdere schade te voorkomen werd de motor stilgezet. De Nederlander eindigde daarmee op een 25ste kwalificatiepositie, uiteraard een grote teleurstelling nadat Joon bij de eerste kwalificatierun nog een tiende tijd had laten noteren.
Ook de andere Europeanen kwamen op de laatste kwalificatiedag in de problemen. Stig Neergaard zette in de derde run een tijd van 4,25 seconden op de klokken en ging bij de laatste poging ‘up in smoke’. De Deen eindigde met zijn tijd op de 23ste positie. Jöran Persåker ging bij zijn derde poging ‘up in smoke’, raakte bij zijn vierde run uit de koers en reed vervolgens op de 1000 voet door de tijdwaarneming waarop diskwalificatie volgde. De Zweed sloot de kwalificatie daardoor als 24ste af.
Beter verging het Tony Schumacher. De nummer twee in de tussenstand van het kampioenschap veroverde in de laatste run met een tijd van 3,794 seconden de pole position. Belangrijker was echter dat hij daarmee zijn achterstand op Larry Dixon terugbracht tot 82 punten. Als Dixon tijdens de eliminaties in de eerste ronde wordt uitgeschakeld en Schumacher de wedstrijd wint en een nieuw nationaal record rijdt, gaat de titel toch nog naar de U.S. Army-piloot. Het lijkt wellicht een onmogelijke opgave maar in 2006 was de situatie precies hetzelfde en pakte Schumacher de titel door in de finale een voor onmogelijk gehouden record op de klokken te zetten.
Bij de Funny Cars behield Ashley Force de eerste kwalificatiepositie en verbeterde John Force zich naar plaats twee. De achterstand van John Force op lijstaanvoerder Matt Hagan bedraagt 38 punten. Veertienvoudig kampioen Force moet nu twee eliminatieronden verder komen om Hagan van zijn eerste titel af te houden.
In de Pro Stock klasse is de titelstrijd al beslist. Met een vierde kwalificatiepositie pakte Greg Anderson voldoende punten om een onoverbrugbaar gat te slaan naar Mike Edwards. Voor Anderson is het zijn vierde titel. Eerder won hij het Pro Stock kampioenschap in 2003, 2004 en 2005.