Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet
IndyCar

IRL: Analyse Indy 500 2010

Aan spektakel en sensatie ontbrak het zeker niet in de 94e editie van de Indy 500. Team Penske, Tony Kanaan en Mike Conway waren de onvrijwillige hoofdrolspelers. Ook kwam er nog een kleine wijziging in de einduitslag.

Tekst: Willem J. Staat
Foto’s: Mark Heuvink

frontrow
De verliezers van Team Penske en de winnaar van Ganassi Racing.

Uitslag gewijzigd
Enkele uren na afloop van de Indy 500 werden er in de uitslag van de wedstrijd enkele kleine wijzigingen aangebracht. Officieel eindigde Marco Andretti als zesde, maar nadere bestudering van de videobeelden leverden het bewijs dat zowel Alex Lloyd, Scott Dixon en Danica Patrick niet het recht hadden om Marco Andretti in de allerlaatste ronde onder neutralisatie te passeren. Volgens teambaas Dale Coyne zou Andretti zonder brandstof zijn gevallen. Brian Barnhart van de IRL kon dit namelijk weerleggen door aan de hand van telemetriedata aan te tonen dat Marco Andretti constant 65 mph. uur reed. Andretti werd vervolgens als derde geklasseerd terwijl Lloyd, Dixon en Patrick allen een plaatsje terugvielen en respectievelijk als vierde, vijfde en zesde werden geklasseerd. Ook Simona de Silvestro werd een plek teruggezet. Mario Romancini werd als 13e geklasseerd en de HVM-rijdster als 14e.

De crash van Mike Conway
De crash van Mike Conway deed gisteravond bij vele televisiekijkers het ergste vrezen, maar met een gebroken been kwam de Brit er betrekkelijk goed vanaf. Het toonde wederom de degelijkheid van het Dallara-chassis aan. Een Dallara-Indycar is er opgebouwd om tegen een muur te crashen. Met een huidig F1-chassis zou dit absoluut dodelijk zijn omdat zowel F1- als Indycar totaal andere parameters hebben. Enkele jaren geleden crashte de Brit Joey Foster met een F3-chassis op de oval van de Eurospeedway. Foster had een lange revalidatie nodig en het bewijs werd geleverd dat dit soort chassis niet op ovals kunnen en mogen racen. Voor een oval moet je over speciale gebouwde auto’s beschikken waarbij de veiligheidskooi een doodsklap tegen de muur moet kunnen weerstaan. Kenny Brack en Ryan Briscoe hebben na zware crashes in 2003 en 2005 hun leven aan het sterke Dallara-chassis te danken.

Ryan Hunter Reay, die eigenlijk de crash veroorzaakte was zo eerlijk om de hand in eigen boezem te steken. “Het was gewoon gevaarlijk dat er aan het eind van de wedstrijd teveel auto’s rondreden die met een gemiddelde van 150 mph. reden en brandstof aan het besparen waren. Als je op deze baan zonder brandstof valt kun je nog maar in één groove rijden. Er is totaal geen run-off. Je wordt langzamer of je raakt de auto voor je. Die auto kwam over mij heen. Ik begrijp niet hoe hij mijn hoofd miste. Er zijn beschadigingen aan de voorkant en de rollbar. Ik wist dat ik een groepje auto’s achter mij had. Het spijt mij verschrikkelijk.”

saavedra
De crash van Sebatian Saveedra was niet zo heftig als die van Mike Conway.


Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet