Superleague Formula: Nederlanders in buitenlandse dienst overheersen in Jarama
Met Yelmer Buurman tweemaal en Ho-Pin Tung eenmaal hebben twee van de drie landgenoten geweldig huisgehouden in de laatste ronde van de Superleague Formula. Yelmer stal de show in de eerste race door knap Sébastien Bourdais van de kop te verdringen. Ho-Pin werkte zich in de tweede race naar de kop en in de Superfinale reed Buurman Bourdais, kersvers kampioen Adrian Valles, Ho-Pin Tung en twee anderen zoek. Carlo van Dam kwam niet in het stuk voor en werd in de tweede race van de baan gereden.
Tekst en foto's: Matthé IJzerman
Race 1
De eerste race startte met Yelmer Buurman vanaf de eerste rij en Ho-Pin Tung vanaf de vijfde plek. Buurman hield zijn positie achter Sébastien Boudais terwijl Tung heel snel naar de derde plaats doorstootte. Helaas zou het feestje voor hem niet lang duren want in de 8e ronde schoot hij de grindbak in.
Er bleek een achterremleiding te zijn gebroken. Het hoogte punt kwam bij de pitstops. Yelmer had even geen communicatie met zijn pitcrew en kwam niet op het geplande moment binnen maar een ronde later dan Bourdais. Dat bleek een gelukje want toen Buurman de pits uitreed zat hij aan de binnenkant van de sneller rijdende Bourdais.
Maar Yelmer liet bij de eerste bocht de auto staan en de Fransman moest wel van het gas. Daarna kon hij de Anderlecht-coureur totaal niet meer volgen. Bourdais had daarvoor al zijn momentje gehad toen hij vlak voor Buurman spinde maar na een bliksemsnelle 360 had hij nog steeds de volle controle en kon de Nederlander hem net niet passeren. Buurman stuurde de paars-grijze Anderlecht-auto met maar liefst 14 seconden voorsprong op FC Sevilla als eerste over de finish.
Carlo van Dam kwam als twaalfde aan, na felle duels met Enrique Bernoldi, John Martin en Pedro Petiz. “Ik heb wel strijd kunnen leveren maar kan toch nog steeds niet met de auto overweg. We hebben drie wagens in ons team en bij twee, die van Enrique en mij, zit er iets niet goed in de achterwielophanging. Als we de data bestuderen blijkt dat Giogio Pantano in de bochten een stuk eerder op het gas kan dan Enrique en ik. Natuurlijk zit er ook nog veel in mij, maar als de auto niet goed voelt kan ik er ook niet veel goeds mee uitrichten”.