Dragracing: Uniek Nederlands Pro Mod-podium in Zweden

Mats Eriksson
Problemen en records
Ondanks hun finaleplaats kenden zowel Joosten als Meihuizen hun problemen en kreeg het Nederlandse duo niets cadeau. Nog voor de eerste kwalificatierun ontdekte het team van Joosten een defect aan de achteras. Een noodreparatie bracht Joosten in de tweede kwalificatierun toch aan de start waarbij meteen een 6,32 seconden uit de bus rolde, goed voor naar later bleek de zevende kwalificatiepositie. Het probleem met de achteras keerde echter terug toen Joosten in zijn derde run last kreeg van tireshake. Het team besloot daarop om de vierde run te laten schieten, de achteras te sparen en de tijd te benutten om met aluminium een beter tegen de extreme krachten opgewassen oplossing te maken. Meihuizen zette een tijd van 6,28 seconden op de klokken (vijfde) maar zag ook twee runs verloren gaan door elektronische problemen waardoor na 300 meter de motor stilviel.

Niet iedere run van Niclas Andersson verliep probleemloos, hier tilt de Chevy het achterwiel op
Absoluut snelste man in de kwalificatie was Mats Eriksson die met 6,12 seconden een nieuw baanrecord op de klokken zette terwijl zijn snelheid van 382,97 km/u zelfs goed was voor een nieuw Europees record. Echter ook Eriksson kwam niet ongeschonden uit de strijd toen in de vierde kwalificatierun de achterwielophanging brak en de Zweed zijn auto met moeite uit de vangrail wist te houden. Tot 6.00 uur in de vroege zondagochtend was het team bezig met het monteren van een inderhaast van huis opgehaalde reserve wielophanging. Achter Eriksson eiste Andy Robinson (6,21 seconden) de tweede plaats voor zich op, gevolgd door de verrassend snelle Niclas Andersson (6,23 seconden) en Mikael Lindahl (6,26 seconden). Tot de verrassende non-qualifiers behoorde publiekslieveling Fredrik Fagerström.

Een langdurige reparatie voor Mats Eriksson
Eerste slachtoffers
Dat de nieuwe noodreparatie bij de Corvette van Joosten beter werkte werd in de eliminaties snel duidelijk. In de eerste ronde klopte de Nederlander in 6,23 seconden de altijd gevaarlijke Bruno Bader. Bij Meihuizen dook het probleem met de stilvallende motor weer op maar gelukkig had de Nederlander Norbert Kuno direct na de start al op grote achterstand gezet zodat de Duitser het gas al had losgelaten en de uitrollende Meihuizen niet meer kon achterhalen. De meest prominente slachtoffers van de eerste eliminatieronde waren Patrick Wikström en Michael Gullqvist. De laatste en regerend kampioen kampte het gehele weekend met afstellingsproblemen terwijl Wikström als leider in de tussenstand van het kampioenschap werd geklopt door Lindahl.