Retro: Terug in de tijd op 47e Historic Zandvoort Trophy
Waren we terug in 1973? Het EK toerwagens op Zandvoort, de fabrieks-Capri’s tegen de Alpina BMW’s? Toine Hezemans versus Jochen Mass? Nee, het was toch echt 2024, het Reco NK GTTC, en Cees Lubbers nam het in zijn BMW CSL op tegen de drie Capri’s van het St. Paul Racing Team, bestuurd door Dieter, Wim en Tim Kuijl. Dat en nog veel meer gebeurde er op de 47e Historic Zandvoort Trophy.
Tekst: Jan-Bart Broertjes
Foto's: Rudolf Dieben, Willem Mank & Jan-Bart Broertjes
De Fords in de fabriekskleuren toonden zich echter fragiel. Polesitter Wim Kuijl kwam in het hele verhaal niet voor, terwijl Dieter na vijf ronden aan de leiding de strijd moest staken. Bleef over de nummer 1 Capri met aan het stuur Tim Kuijl, die de kop overnam. Cees Lubbers kon hem qua rondetijden prima volgen, maar een Safety Car-intermezzo waarbij er een stel achterblijvers tussen de Capri en de BMW zaten, maakte dat hij er niet meer bij kon komen. Gerd Rijper stuurde zijn Porsche naar de derde plaats. Bij de 2-liters waren het Ford Escort-coureurs Freddy van Sprundel en Jan-Willem Oosterhagen die een mooie strijd uitvochten. Oosterhagen reed de meeste ronden voorop, maar de gewiekste van Sprundel reed als eerste onder de zwart-wit geblokte vlag door. Klasseoverwinningen waren er voor Stephane Rion (Alfa Romeo GTV6), Onno Vlaanderen (Davrian Mk5), Carst Span (Mini Cooper S), Andre Kardol (Alfa Romeo 1750 GTAM) en Michel Braxhoofden (Renault 5 Alpine). Ook in de Britse divisie was er volop strijd, de dans werd aanvankelijk geleid door Detlef Walter in de Warwick GT, daarna door Rene Grüter in de MGB, maar uiteindelijk was het Jon Wolfe in een TVR Tuscan die het British HTGT klassement naar zich toetrok. Bij de MG’s won Grüter, voor Kees Rozema en Melle van der Wal.
Race 2 leek een beetje op het Songfestival, de hoofdrolspelers verlieten voor de finale het toneel. Dit alles ging gepaard met enig vlagvertoon, in de kleur rood. Freddy van Sprundel profiteerde en stuurde na dit intermezzo zijn Escort twin-cam naar de overwinning. Gerd Rijper trapte voor wat hij waard was in zijn Porsche, maar kwam aan de meet 1,7 seconde tekort. De derde plek was voor Oosterhagen in zijn oranje Escort met Pinto-blok. De klassewinnaars waren dezelfde als in race 1 met uitzondering van klasse 4, waar Ton van Kuijk (Alfa Giulia Super) de grootste beker claimde. Jon Wolfe stuurde zijn TVR Tuscan weer naar de winst in het British HTGT klassement, voor de MG-piloten die wederom werden aangevoerd Rene Grüter in zijn MGB. Stefan Rozema (MGA) wist in de laatste ronde en Melle van der Wal (MGB) nog te passeren.
Race 3 dan en Van Sprundel leidde van start tot finish. Helaas was er halverwege de race een Code 60 (in F1 termen: virtual safety car) die hem 28 strafseconden op zou leveren wegens iets te hard rijden. Het gevecht tussen Jan-Willem Oosterhagen en Gerd Rijper bleek dus achteraf om de winst te gaan. Die was voor Porsche-coureur Rijper, Oosterhagen werd tweede en Van Sprundel toch nog derde. De klassewinnaars waren dezelfde als in race 1 en 2, met opnieuw een uitzondering voor klasse 4 waar Marijn van Marwijk (Alfa Giulia Super) nu de winst naar zich toetrok. De MG’s hadden deze keer de overhand in de Britse divisie en de strijd vooraan ging tussen Rene Grüter en Melle van der Wal in hun MGB’s. De Zwitser incasseerde 5 seconden voor een jumpstart, zodoende ging de winst naar Melle van der Wal. Marcus Weidenbach (Jaguar E-type) was de derde geklasseerde British HTGT deelnemer in deze race.
Een dik veld NK HARC 82-90-deelnemers bevatte weer de nodige nieuwkomers, waaronder Samuel Verheggen met een Mercedes 190E EVO 2, Raymond Brons in een Porsche 944 en Liam Verbeeck in een Alfa Romeo. De ruig klinkende EVO 2 beloofde veel, maar liep niet helemaal goed en was zodoende lastig te rijden. Bij de start kwam Verheggen slecht weg en gedurende de race fluctueerden zijn rondetijden behoorlijk. Hij vocht zijn weg terug naar de tweede plaats, maar Pieter Bikker reed zijn BMW 325i groep A zoals altijd, snaarstrak en foutloos. Na 15 ronden werd Bikker met 26 seconden voorspong als winnaar afgevlagd. Verheggen had op zijn beurt een ruime halve minuut op Maarten Boon, die in het in zijn BMW E30 flink aan de stok had gehad met Rob de Laat in de Opel Ascona. Davis Koh leidde aanvankelijk bij de Mazda’s maar moest zijn meerdere erkennen in Sven-Olaf Homann en werd op de valreep ook nog gepiepeld door Yannick Rehorst. Bij de Porsches was Olivier Van Oostrom ontketend, maar een foutje in de Hans Ernst bocht kostte tijd, waardoor de slimme Ton Vos de winst pakte. Tussen Vos en Van Oostrom finishte trouwens Marc Burger, maar die had zijn Porsche deze keer verruild voor een BMW… Bij de Groep N BMW’s was Don Wolfrat niet te kloppen, voor Michel Groen en Ed van Hemert.
Om 9:00 op zondag stond iedereen weer klaar voor race 2. Verheggen had de Mercedes nu beter onder de knie en hield Pieter Bikker in het vizier. Bij de derde doorkomst zette hij de snelste ronde van de race op zijn naam. Gaande de race kregen zowel Bikker als Verheggen een technische waarschuwingsvlag getoond. Bikker kwam daarvoor de pits binnen, Verheggen deed dit niet. De Mercedes finishte zodoende als eerste, maar werd wegens het negeren van deze vlag in de uitslag achter Bikker gezet. Rob de Laat was deze keer ongenaakbaar op plaats 3 terwijl Sven-Olaf Homann er gedurende drie ronden in slaagde om Maarten Boon achter zich te houden. Yannick Rehorst en Martin Boezaart finishten 2 en 3 bij de Mazda’s. Bij de Porsches wist Ton Vos lange tijd Olivier van Oostrom voor te blijven, maar moest zich uiteindelijk toch gewonnen geven. In de Groep N klasse was Ed van Hemert deze keer de snelste man. Hij moest zich echter eerst een weg banen langs Michel Groen en daardoor was Don Wolfrat te ver uitgelopen om hem nog te kunnen achterhalen.
Race 3 was een warme bedoening op de zondagmiddag. Zonder Verheggen kon Pieter Bikker probleemloos naar de winst koersen. Om de tweede plaats werd fel gestreden door Maarten Boon en Rob de Laat. Het was Opel-rijder de Laat die profiteerde toen de BMW na 9 ronden van de baan gleed. De derde podiumplaats was voor Sven-Olaf Homann, die de Mazda concurrenten Boezaart en Koh op flinke achterstand reed. Hetzelfde gold voor Olivier van Oostrom in de Porsche, die ruim voor de equipe Schuijlenburg en debutant Raymond Brons eindigde. In Groep N nam Michel Groen het initiatief, maar hij moest Don Wolfrat en even later ook Ed van Hemert voor laten gaan.
De monoposto’s van FFR-FOR zorgden met 1:45 voor de snelste rondetijden van het weekend. Ralf Goral was de te kloppen man in zijn Formule Opel Lotus. Een incorrecte start kostte hem echter de winst in de eerste race, hij kreeg vijf seconden straf en kukelde naar P3, achter Jochen Thissen (Formule Opel) en Andreas Menzner (Reynard SF86). In de Formule Ford 2000-afdeling hadden Henk van der Spoel en Onno Zuidema het met hun Reynards zwaar tegen de buitenlandse concurrentie. Van der Spoel wist aansluiting te houden met de kop, hij finishte als zesde, maar dat werd P.4 (tweede in de klasse) omdat er nog meer incorrecte starts waren geweest. De 1600-klasse was voor Leon den Hollander in de Mygale SJ03, voor Roel Mulder in de PRS RH02.
In de tweede race maakte perfectionist Goral geen fouten en leidde van start tot finish, voor Thissen. Philipp en Andreas Menzner streden om de derde plaats en de winst in FF2000, waarbij Philipp uiteindelijk aan het langste eind trok. Henk van der Spoel had het aan de stok met Brian Steen (Reynard SF86) en moest uiteindelijk genoegen nemen met P.4 in de klasse. Leon den Hollander pakte opnieuw de klassewinst in de Mygale SJ03, voor Roel Mulder in de PRS RH02, terwijl pechvogel Carly Meskes zijn tweede DNF van het weekend noteerde.
Tenslotte waren er de pre-war MG’s versus Austin Sevens. Voor het eerst sinds lange tijd was er weer een HARC-race met vooroorlogse sportwagens! Het racen met deze kleine Austins en MG’s vormt onderdeel van het Britse autosport-DNA. De rivaliteit tussen de kleine Midgets en Sevens wordt al bijna 100 jaar op de circuits uitgevochten. Onder de 27 inschrijvingen waren de MG’s in de meerderheid, maar de Austins zijn verder doorontwikkeld. Een probleem trad op toen 3 van de 30 deelnemers niet over de benodigde internationale licentie bleken te beschikken. De overige 27 rijders vonden echter unaniem dat iedereen gewoon moest rijden en dat zoiets ook pragmatisch opgelost kan worden. Dan maar geen officiële race, maar een zogeheten regularity. Als je maar zorgt dat je op de correcte manier start, is er immers geen verschil. En het moet gezegd, van alle rollende starts van het weekend waren dit de best gediscplineerde. Hier kunnen veel andere coureurs een voorbeeld aan nemen…. Ze waren niet officieel, maar als dat wel zo was geweest, dan was er niets op aan te merken!
Als een groep boze horzels ging het veld na de startlijn van kiet. De snelheidsverschillen waren aanzienlijk, want een supercharger maakt echt veel verschil en als je op die smalle bandjes vol durft te driften, dan kun je echt heel hard de bocht om. Vooraf was de voorspelling dat de Austin Sevens sneller zouden zijn. Gelukkig werd de eer van het merk MG gered door James en Mike Painter, die in de Superchard MG PA “Kayne Special” de snelste van de Austins, Christian Pedersen’s supercharged monoposto, voor wisten te blijven. Speciale vermelding verdient Annie Boursot. Tijdens de kwalificatie verloor zij de oliepeilstok van haar MG P. Er was zo snel geen vervanging voorhanden en het zag er voor de eerste race somber uit. Gelukkig werd het onderdeel door een oplettende official terugbezorgd en kon ze gewoon van start gaan. De Nederlandse eer in de beide races werd verdedigd door Mark-Christof Jansen, Thijs de Groot en Onno Könemann met hun MG’s. Zij deden de jaren ’30 van de vorige eeuw deden herleven, toen Eddy Hertzberger en Hans Herkuleyns met hun MG’s de internationale circuits afreisden.
Alle uitslagen (behalve de MG’s vs. Austins dus…)