Racing shows: Exclusieve Ferrari-expositie in Duits Nationales Automuseum - The Loh Collection
In een uitbouw is nog een Formule 1-Ferrari te vinden. Het is de auto die we door de grote glazen ruit al boven de ingang zagen: de F2007, de auto waarmee Kimi Räikkönen in 2007 na een spannende ontknoping voor de tot nu toe laatste rijderstitel van Ferrari zorgde. In dezelfde ruimte staan ook twee motorblokken opgesteld, de V10 van de F2002 en de V8 van de F2007.
Het volgende drieluik van de tentoonstelling is gewijd aan Ferrari’s met speciale carrosserieën van Pininfarina, te weten een 250 GT Speciale uit 1957, ontworpen voor prinses Réthy, de echtgenote van de Belgische koning Leopold III, een 250 MM uit 1954 voor de echtgenote van Baron Thyssen, voorzien van Hermès-interieur en later nog in het bezit van de Aga Khan, en een 250 GT Speciale uit 1961, een eenmalige Pininfarina-uitvoering met unieke uitrusting, die in dat jaar op de London Motor Show in Earls Court voor het eerst getoond werd.
In een soort van nagebouwde pitbox staat een Ferrari 212 Inter uit 1951 opgesteld, blauw met grijs dak. Het is de eerste Ferrari-raceauto die naar Amerika ging en dit exemplaar, gereden door Alberto Ascari en Gigi Villoresi, eindigde als tweede in de Carrera Panamericana 1951, achter de identieke auto van Piero Taruffi/Luigi Chinetti, die echter niet meer bestaat.
Via een 250 GT SWB Competizione, zwart met rood en wit, de Duitse racekleuren, gereden door Wolfgang Seidel, komen we terecht bij twee barchetta’s, de 275/330P uit 1964, de winnende auto van de 1000km van de Nürburgring in dat jaar (Scarfiotti/Vaccarella), en de Dino 196/246 SP uit 1961, de eerste Ferrari met middenmotor, gereden door Wolfgang Graf Berghe von Trips en Phil Hill.
Een beetje weggedrukt in een hoek vinden we dan nog een Formule 2-auto uit 1968, de Ferrari F2 Dino 166/246T. Toch ook niet de minste, want het is één van de slechts drie exemplaren van dit model en de winnende auto van de Tasman Series in 1969 en 1970 in handen van Chris Amon, die met deze auto duidelijk meer succes had dan in de Formule 1…
Ook in de permanente tentoonstelling van het museum zijn er natuurlijk nog de nodige Ferrari’s en aanverwante auto’s te vinden, zoals de F1-2000, de eerste Ferrari waarmee Michael Schumacher racete, en de indrukwekkende OM-Fiat-vrachtauto van de Scuderia Ferrari met de bijbehorende Ferrari 1512 Formule 1-auto uit 1964 (ex-Bandini en Surtees), en de prachtige Peugeot 404 Break als serviceauto van de Scuderia, compleet met de bovenkant van een Formule 1-auto van Niki Lauda erop. Ook een 250 GT Berlinetta uit 1960 maakt deel uit van de collectie.
Het zal geen verbazing wekken dat in de museumshop een ruim aanbod van Ferrari-miniaturen en -boeken te vinden is. Er is ook een speciaal Ferrari-boek gerealiseerd rond de expositie in het museum, het tweede deel in de boekenreeks van het museum, opnieuw van de hand van Jörg Walz, en ditmaal gerealiseerd in samenwerking met Motor Buch Verlag.
Het Duitse Nationales Automuseum – The Loh Collection is vanaf dit weekeinde tot eind oktober geopend van woensdag tot en met vrijdag van 11.00-18.00 uur, zaterdag en zondag van 10.30-18.00 uur. Toegangsprijs voor de reguliere collectie 19 Euro (gereduceerd 15 Euro), toegang tot de speciale expositie kost 9,50 Euro (gereduceerd 7 Euro). Een gecombineerde kaart kost 26 Euro (gereduceerd 19 Euro). Er zijn ook gezinskaarten te koop. Informatie via www.nationalesautomuseum.de