Formule 2: Pourchaire is de nieuwe kampioen ondanks zesde zege Vesti, Doohan domineert hoofdrace in Abu Dhabi
Sauber-junior Théo Pourchaire is de Formule 2-kampioen van 2023, na een regelmatige campagne waarin hij net genoeg deed om Frederik Vesti (Prema) van zich af te houden. De Deense Mercedes-junior, die dit seizoen vriend en vijand verbaasde, deed op zaterdag alles om zijn kansen nog een dag in leven te houden. Toch bleek Vesti’s zesde zege van het jaar niet genoeg: op zondag reed Pourchaire beheerst naar de puntenscore die hij nodig had. De Fransman werd na zijn tweede plaats van vorig jaar zo alsnog kampioen. Zijn team ART werd ook de teamkampioen, mede dankzij Victor Martins, die de beste rookie werd. Bijna buiten beeld won Jack Doohan (Virtuosi) intussen met oppermacht de hoofdrace. Op zaterdag reed Richard Verschoor voor Van Amersfoort Racing naar het podium, maar de Nederlander viel op zondag uit.
Tekst: Mattijs Diepraam
Foto’s: Dutch Photo Agency, James Gasperotti
Na een kwalificatie waarin de titelpretendenten achterbleven op de negende (Vesti) en 14e (Pourchaire) plek, leek de ruime voorsprong van de Fransman eventjes iets minder ruim. Pourchaire had echter verzachtende omstandigheden, want hij had een aanvaring te verduren gekregen met debutant Paul Aron (Trident), die samen met de andere nieuweling Franco Colapinto (MP) achterin bleef steken – eens te meer het bewijs dat de F2 een klasse is waarin je niet zomaar kunt instappen en snel zijn. In de strijd om de eer van snelste rookie van het jaar pakte Martins de tweede tijd, terwijl Ollie Bearman een totale off-day had en zich als 17e kwalificeerde. Na Vesti behaalde de Brit de meeste overwinningen van het seizoen (vier), maar zijn kwalificatievorm was te wisselvallig – vergeeflijk overigens voor een debutant, van wie volgend jaar veel mag worden verwacht.
Die negende tijd van Vesti schonk hem in ieder geval een plek op de eerste startrij van de sprintrace, naast reverse pole-man Enzo Fittipaldi (Carlin) en vóór Isack Hadjar (Hitech) en Richard Verschoor. Daarachter stelde Dennis Hauger (MP) zich op, samen met de enige coureur die naast Vesti nog een minimale kans op de titel had: Ayumu Iwasa (DAMS). Vesti kwam aanvankelijk goed weg, maar werd op het eerste rechte stuk teruggewerkt naar de vierde plaats achter Fittipaldi, Hadjar en Verschoor (die even aan kop lag). Na de safetycarperiode voor het opruimen van de VAR-auto van Juan Manuel Correa, die Martins achterin had gekregen, zette Vesti echter alles op alles om die overwinning binnen te halen die zo nodig was om zijn kansen tot aan de laatste race in stand te houden.
De Deen volbracht die missie op sublieme wijze. Verschoor en Hadjar moesten er vrij snel aan geloven, waarna ook Fittipaldi tegen het einde zijn meerdere moest erkennen in de ontketende Vesti. Die pakte ook nog het punt voor de snelste ronde. Daarmee veroverde de Mercedes-junior zijn zesde zege van het seizoen, waarbij de ene overwinning van zijn rivaal Pourchaire nogal schraal afsteekt. Die reed overigens wel een puike sprintrace, want vanaf zijn 14e startplek rukte hij op naar een zevende plaats, in een treintje achter Hauger, Hadjar en Doohan. Hadjar kon vervolgens het tempo aan kop niet meer volgen en zag Verschoor voorbijkomen. In de laatste ronde moest de Franse Red Bull-junior nog een extra plek opgeven aan Hauger.
Met 16 punten verschil in het voordeel van Pourchaire gingen de twee titelrivalen de laatste hoofdrace van het seizoen in. Die race viel volledig Jack Doohan ten deel: de Australiër vertrok van pole en keek feitelijk niet meer om. Hij werd na 33 ronden over de streep gevolgd door Martins, die de alternatieve strategie met evenveel succes wist te volbrengen. Daarachter ontspon zich een uitermate vermakelijke wedstrijd, waarin de F2-coureurs zoals gewoonlijk over elkaar heen buitelden – soms letterlijk. Richard Verschoor zat daar aan het einde helaas niet meer bij: zijn VAR-auto kwam na zijn pitstop niet meer weg, terwijl zijn kansen op een top-vijf-klassering groot waren.
Achter Doohan en Martins stuurde vechtjas Vesti naar de derde plaats die hij minstens nodig had, met zelfs een aanvaring met Zane Maloney (Carlin) in de laatste ronde als hoogtepunt van zijn strijdbare wedstrijd. Maloney leek tot dat moment als beste van een hele reeks Red Bull-auto’s uit de bus te komen, want de coureur uit Barbados had Iwasa, Hauger en Hadjar achter zich gelaten. Door zijn onverzettelijkheid tegen Vesti liep hij alsnog een vierde plaats mis. Die plek viel nu Iwasa ten deel, die rondenlang de hele baan had gebruikt om Maloney – uiteindelijk tevergeefs – voor te blijven. Daarna volgde kampioen Pourchaire, die bekeken reed, de race naar zich toe zag komen en zich niet zomaar gewonnen gaf aan de oprukkende Vesti op diens alternatieve strategie. Het rechtstreekse duel tussen de twee titelkandidaten was een genoegen om naar te kijken.
Pourchaire deed daarmee genoeg om Vesti’s aanspraak op een hogere klassering dan de derde plaats teniet te doen. Zijn eigen vijfde plaats was vervolgens ruim genoeg om met 11 punten verschil de titel te veroveren. De druk op de schouders van de Fransman was groot, ook doordat hij vorig seizoen feitelijk al de titelfavoriet was. Dat hij zijn favorietenrol wist waar te maken, valt te prijzen, maar net als voor de coureur die hem in 2022 versloeg – Felipe Drugovich – is er in de Formule 1 geen plek voor een F2-kampioen die de titel in zijn derde seizoen pakt. Datzelfde geldt voor zijn rivaal Vesti en voor Alpine-junior Jack Doohan, die met een eindsprint in de tweede seizoenshelft naar de derde plaats in het kampioenschap klom.
Dat staat in schril contract met bijvoorbeeld het seizoen 2018, toen de eerste drie (Russell, Norris, Albon) meteen naar de koningsklasse promoveerden. In de vijf seizoenen daarna maakten alleen Latifi, Schumacher, Tsunoda, Mazepin, Zhou en Sargeant meteen na hun laatste F2-seizoen de overstap. De Vries ging jaren later op ‘herkansing’, Piastri volgde na een seizoen stilzitten en Lawson kwam als invaller.
Latifi en Mazepin kregen hun promotie puur als pay driver, bij de op zichzelf capabele Zhou en Sargeant speelde deels hun afkomst mee. Dat De Vries uiteindelijk zijn mede-kampioenen Schumacher en Piastri naar de F1 volgde, had meer te maken met zijn Formule E-wereldtitel, zijn testervaring bij Mercedes en die ene machtige GP op Monza dan met het F2-kampioenschap dat ook hij in zijn derde jaar had veroverd. Voor de rest bleek de F2 vooral een uitstekend opleidingsinstituut voor Silver-coureurs in het WEC en de GT World Challenge Europe – wat op zichzelf ook een valide bestaansreden is, maar dan bij voorkeur wel als bijproduct.
Met andere woorden, om weer echt als vitale opstapklassen naar de Formule 1 te boek te staan, hebben F2 en F3 een nieuwe generatie talenten nodig die ondubbelzinnig komen bovendrijven en zich vervolgens net als Leclerc, Russell, Norris en Piastri met gemak kunnen handhaven in de Formule 1. Aan dergelijk talent heeft het de afgelopen seizoenen ontbroken. Wat dat betreft zijn alle ogen nu gericht op bijvoorbeeld Andrea ‘Kimi’ Antonelli, de kersverse FRECA-kampioen die in één keer de sprong naar F2 maakt. De Italiaan zou eindelijk weer eens zo’n coureur kunnen zijn waar de Formule 1 niet omheen kan. Dat iedereen volgend jaar van nul begint met de nieuwe Dallara-Mécachrome F2-2024, kan bovendien best weleens in het voordeel van de Mercedes-junior zijn. Maar of er zich momenteel nog meer Antonelli’s op de talentenladder bevinden?
FIA F2, Yas Marina, 25-26 november 2023
Race 1
1. Frederik Vesti – Prema – 23 ronden, 42'24"624
2. Enzo Fittipaldi – Rodin Carlin – 3”893
3. Richard Verschoor – VAR – 6”310
4. Dennis Hauger – MP Motorsport – 13”682
5. Isack Hadjar – Hitech – 14”440
6. Jack Doohan – Virtuosi – 14”713
7. Théo Pourchaire – ART – 15”228
8. Ayumu Iwasa – DAMS – 16”508
9. Zane Maloney – Rodin Carlin – 17”573
10. Oliver Bearman – Prema – 19”810
11. Kush Maini – Campos – 21”720
12. Roman Stanek – Trident – 22”690
13. Jak Crawford – Hitech – 26”673
14. Roy Nissany – PHM by Charouz – 27”309
15. Josh Mason – PHM by Charouz – 33”640
16. Paul Aron – Trident – 37”040
17. Amaury Cordeel – Virtuosi – 37”842
18. Ralph Boschung – Campos – 41”833
19. Franco Colapinto – MP Motorsport – 43”806
20. Victor Martins – ART – 47”128
21. Arthur Leclerc – DAMS – 48”688*
* tijdstraf 10"
Uitgevallen
Juan Manuel Correa – VAR
Race 2
1. Jack Doohan – Virtuosi – 33 ronden, 56'03"879
2. Victor Martins – ART – 3”874
3. Frederik Vesti – Prema – 22”485
4. Ayumu Iwasa – DAMS – 26”283
5. Théo Pourchaire – ART – 27”668
6. Arthur Leclerc – DAMS – 28”336
7. Dennis Hauger – MP Motorsport – 29”079
8. Isack Hadjar – Hitech – 30”090
9. Kush Maini – Campos – 33”113
10. Jak Crawford – Hitech – 36”223
11. Roy Nissany – PHM by Charouz – 38”996
12. Roman Stanek – Trident – 43”688
13. Juan Manuel Correa – VAR – 48”348
14. Enzo Fittipaldi – Rodin Carlin – 49”678
15. Ralph Boschung – Campos – 54”829
16. Amaury Cordeel – Virtuosi – 1’05”468
17. Zane Maloney – Rodin Carlin – 1 ronde
18. Paul Aron – Trident – 1 ronde
Uitgevallen
Josh Mason – PHM by Charouz
Richard Verschoor – VAR
Oliver Bearman – Prema
Franco Colapinto – MP Motorsport
Eindstand kampioenschap
1. Pourchaire 203; 2. Vesti 192; 3. Doohan 168; 4. Iwasa 165; 5. Martins 150; 6. Bearman 130; 7. Fittipaldi 124; 8. Hauger 113; 9. Verschoor 102; 10. Maloney 96; 11. Maini 62; 12. Daruvala 59; 13. Crawford 57; 14. Hadjar 55; 15. Leclerc 49; 16. Boschung 37; 17. Novalak 28; 18. Stanek 15; 19. Correa 13; 20. Cordeel 8.