Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet
RETRO

Retro: Tyrrell bekroont F1-titel met overwinning op Portimão

image00011

Het is een verhaal dat een scenarioschrijver zou afwijzen als ‘te overdreven’, maar toch is dit sprookje waarheid geworden: de Amerikaan die toevallig naamgenoot is van een legendarische F1-teambaas wordt in een van diens auto’s kampioen van de klasse voor F1-auto’s uit het 3-litertijdperk. Ken Tyrrell stuurde zijn Tyrrell 011 tijdens de afsluitende ronde in Portugal naar een overwinning in de laatste race van het seizoen, nadat de winst in de eerste wedstrijd naar Soheil Ayari was gegaan. De Franse coureur die ooit ‘de nieuwe Alain Prost’ werd genoemd maar niet verder kwam dan de F3000, volgde zijn zeges op Estoril op met nog eens een overwinning in zijn Ligier JS21.

Tekst: Mattijs Diepraam
Foto’s: Carlo Senten


Tyrrell legde de basis voor zijn titel met een zegereeks die van start ging op Zandvoort, waar hij twee van de drie wedstrijden op zijn naam schreef. Daarna won de Amerikaan nog eens op Silverstone. In combinatie met een hele reeks podia en puntenscores was de Tyrrell-coureur eigenlijk op Spa al niet meer te achterhalen. Toch kwam hij naar het Algarve Classic Festival omdat hij het circuit van Portimão te mooi vond om mis te lopen. Zo kon hij het seizoen in stijl afsluiten – met een vierde overwinning van het jaar.

image00008

Alle Masters-wedstrijden vonden deze keer al op zaterdag plaats, dus Ayari schitterde eerder op dezelfde dag in de openingswedstrijd van het festival. De Fransman kwam vanaf de derde plaats na een enigszins problematische kwalificatiesessie. Zijn Ligier liep echter probleemloos in de ochtendwedstrijd, zodat hij de verrassende man op pole kon verslaan: Werner d’Ansembourg liet met zijn Brabham BT49 de eerste pole uit zijn jonge historische F1-carrière noteren, nadat hij op thuiscircuit Spa al zijn debuutoverwinning binnenhengelde. In de middag werd de jonge Belg opnieuw tweede, nu achter kampioen Tyrrell.

Ayari moest in de ochtend ook Nick Padmore passeren, de coureur die met zijn Lotus 77 kampioen was geworden in de pre-78-klasse. Toch voegde de Brit er nog maar eens een klasseoverwinning aan toe. ’s Middags zat hij door een omgekeerde grid voor de eerste acht van de ochtend vast achter Ayari, zodat teamgenoot Marco Werner de klasseoverwinning kon grijpen in de Lotus 76 die na jaren van afwezigheid terugkeerde in het kampioenschap. Ayari reed die race overigens niet uit, want de Ligier kreeg opnieuw met het probleem uit de kwalificatie te maken.

image00004

Ook de twee races voor GP-auto’s tot 1966 waren om te smullen – de top-drie was in beide wedstrijden zelden meer dan een seconde van elkaar verwijderd. Op zaterdag trok Justin Maeers aan het langste eind, op zondag won Rüdi Friedrichs, beiden in een Cooper T53. De tweede race eindigde zelfs in een fotofinish tussen de Duitser en de Brit: het verschil op de streep bedroeg slechts 11 duizendsten, terwijl de Brabham BT3/4 van Tim Child op minder dan een halve seconde als derde over de streep kwam. Michel Kuiper moest in de kwalificatie de baan nog leren kennen, wat een 12e startplaats voor hem opleverde – niet geholpen door het feit dat zijn beste tijd hem wegens track limits werd afgenomen. Toch klom zijn Brabham BT4 op zaterdag op naar de vijfde plaats, een plek die hij op zondag herhaalde.

Bij de Formule Juniors was Clive Richards twee keer het sterkste: zijn Lotus 22 bleef de Lotus 27 van Philipp Buhofer beide malen voor. Het opmerkelijkste nieuws was echter de 700e deelname van Junior-peetvader Duncan Rabagliati, die al sinds 1989 onafgebroken deelneemt in zijn oranje Alexis HF1: een gemiddelde van 20 races per seizoen.

image00002

De meeste spanning in de Masters Endurance Legends was helaas al tijdens de testdag op donderdag in rook opgegaan, samen met de dieselmotor in de Peugeot 90X van Stuart Wiltshire. De andere Peugeot 90X van Steve Brooks had daardoor het rijk alleen, wat Keith Frieser in de Zytek 09S ook probeerde. Toen Brooks aan het begin van de tweede race moest opgeven met een kapotte versnellingsbak, kon Frieser op zijn beurt domineren.

Ook van het beloofde duel tussen de debuterende Lister Storm GTL van Andrew Donaldson en de Marcos LM600evo van Cor Euser en Jeroen van den Heuvel kwam in de praktijk weinig terecht. De Lister won beide keren met eenvoud de GT-klasse, nadat Van den Heuvel in de eerste race de zwarte vlag kreeg vanwege niet-functionerende remlichten en Euser in de tweede race in de pits schade opliep na een aanvaring met de Ligier van Craig Davies en Ron Maydon.

image00003

De GT-hoogtepunten van het weekend waren de Masters Gentlemen Drivers-race (gecombineerd met de Masters Pre-66 Touring Cars) die op zaterdag voor diverse auto’s een oefening van 90 minuten was voor de tweeuursrace van de GT & Sports Car Cup op zondag. Dezelfde twee Jaguar E-types eindigden in beide wedstrijden op de plaatsen één en twee, maar hun volgorde was de volgende dag andersom.

Op zaterdag won Gary Pearson (solo rijdend omdat broer John onwel was) op beheerste wijze de Gent Drivers-wedstrijd, nadat Chris Ward op behoud moest gaan rijden in de E-type van Richard Kent. Ward naderde aanvankelijk langzaam maar zeker op Pearson, maar voelde dat zijn bak steeds moeilijker ging schakelen. Daarop besloot hij de tweede plaats zeker te stellen en de auto te sparen voor de race van de volgende dag.

image00023

Na een bakwissel ging de E-type van Kent en Ward fris van start aan de GTSCC-race, die in het eerste uur volledig in het water dreigde te vallen. Na twee dagen van zonneschijn en hier en daar een bescheiden buitje sloeg het weer op zondag volledig om, leidend tot een ochtend waarin de meeste races compleet verzopen in alle regenwater. Twee jaar eerder was de afsluitende Algarve-race van de GTSCC al eens voortijdig afgeblazen door vergelijkbaar noodweer, dus organisatoren Flavien Marçais en Vanessa Finburgh was er alles aan gelegen om de race te laten doorgaan. Ondanks diverse safetycarperiodes waarvan de langste een halfuur duurde, bleef de race doorgaan – de goede keuze, want na een uur trok het weer bij en kon de wedstrijd alsnog echt beginnen.

Pearson, die van pole was vertrokken, voerde het veld aanvankelijk aan, maar Ward naderde nu met rasse schreden om de andere E-type te passeren met nog ruim een halfuur te gaan. Kent maakte het karwei tijdens zijn laatste stint af door met bijna een minuut voorsprong over de finish te komen.

image00019

Het programma werd gecomplementeerd door drie Portugese kampioenschappen. Van den Heuvel deed met een BMW E46 M3 mee aan een daarvan, maar de auto kon niet op tegen het beste dat de lokale helden hadden te bieden.

Alle uitslagen op een rij
Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet