Retro: Hazell en Padmore zetten de toon tijdens Masters Historic Festival op Brands Hatch
Mark Hazell (Williams FW07B) en Nick Padmore (Lotus 77) zijn aan de haal gegaan met de twee overwinningen in de historische F1-races op Brands Hatch. De tweede ronde van het kampioenschap tijdens het Masters Historic Festival verliep onder vrijwel ideale omstandigheden: prachtig Brits voorjaarsweer zegende beide racedagen, waarop Masters met zijn voltallige zes grids uitpakte. Het bijprogramma werd verzorgd door de populaire Gerry Marshall Trophy.
Tekst en foto’s: Mattijs Diepraam
Hazell was op Hockenheim al uitstekend voor de dag gekomen met twee podiums en verbeterde zich nu nog meer met pole position en daarna een zwaarbevochten overwinning in de eerste race. Daarin had hij de hele wedstrijd Padmore en Jamie Constable (Tyrrell 011B) op zijn hielen, maar de Brit bezweek niet onder de druk. De race werd voortijdig afgebroken door een crash van regerend kampioen Steve Hartley, die de pechvogel van het weekend was – en dat nadat zijn weekend op Hockenheim ook al niet gunstig was verlopen.
De koppeling van Hartley’s McLaren MP4/1 begaf het al tijdens de vrije training, zodat de veteraan niet aan de kwalificatie kon deelnemen en van achteraan moest starten. In de eerste race werkte hij zich vóór zijn spin wel op naar de vijfde plaats – en die mocht hij behouden omdat na de definitieve rode vlag de stand van de vorige ronde werd aangehouden. Die gaf op de deels omgekeerde grid van de tweede race recht op de pole.
Daarvandaan leidde Hartley soeverein, tot hij op dezelfde plek en rond ongeveer dezelfde tijd in de race opnieuw in de fout ging. Deze keer kon zijn auto snel veilig worden geborgen, zodat de race netjes werd afgemaakt. Padmore profiteerde en nam de winst met dank in ontvangst. Ken Tyrrell (Tyrrell 011) werd deze keer tweede door Hazell voor te blijven. De winst van Padmore betekende bovendien de tweede keer dit seizoen dat een auto uit de pre-78-klasse met de algemene overwinning aan de haal ging. Ewen Sergison (Shadow DN9A, tweede in de eerste race), Max Werner (Hesketh 308C, tweede in de tweede race) en Peter Williams (Lec CRP1, twee keer derde) legden in die klasse beslag op de overige podiumplaatsen.
De Masters Endurance Legends stonden deze keer opnieuw in het teken van de strijd tussen drie Peugeot 90X’en. Net als op Hockenheim was Steve Brooks duidelijk de snelste, maar de versnellingsbak van zijn Franse dieselmachine begaf het aan het slot van de eerste wedstrijd, zodat hij de tweede niet kon starten. Dat schonk de winst aan zijn rivaal Stuart Wiltshire. Beiden hebben nu drie zeges uit zes wedstrijden op hun naam staan.
Het was hoogst ongebruikelijk, maar ook de Masters Sports Car Legends kregen deze keer twee races: niet eentje van 60 minuten, maar twee van 40 minuten. Chris Beighton had eigenlijk beide keren als winnaar uit de bus moeten komen, maar een lekke band voor zijn Lola T70 Mk3B zo’n vijf minuten voor het einde van de eerste race voorkwam een dubbelslag. Nick Sleep en Alex Montgomery gingen er zo in hun Lola T70 Mk3 met de buit vandoor. Niet alleen Beighton kwam voor zijn zege in de tweede race van achteren, dat gold ook voor John Spiers en Nigel Greensall, die met hun McLaren M1B uit de pre-65-klasse naar de tweede plaats stormden. Greensall wist in de laatste ronde Jason Wrights T70 Mk3B te verschalken. Wright was in de eerste race nog tweede geworden.
Spiers en Greensall sloten een hectische GT-race in de Masters Gentlemen Drivers eveneens winnend af. Hun TVR Griffith kwam na een langere pitstop (vanwege professional Greensall) terug om de kleine Lotus Elan van Giles Dawson nipt te verslaan. Mike Whitaker werd met nog een Griffith derde, vóór de Elan 26R Shapecraft van Robin Ellis en Nick Padmore. John Davison vocht in de openingsfase een geweldig duel uit met Spiers, maar hij maakte een dure fout door van de baan te gaan. Het gevolg was dat hij daarna een koelslang achter zich aan sleepte, wat hem de zwarte vlag met de oranje ‘gehaktbal’ opleverde. Na zijn pitstop om de schade te herstellen vocht Davison zich terug naar de vijfde plaats.
In de nieuwe Masters GT Trophy voor recente Trofeo-, Cup- en GT4-auto’s (over drie weken ook op Zandvoort te zien) voerde Craig Wilkins een 1-2-3 aan voor Lamborghini Huracán Super Trofeo Evo’s. Op de vierde plaats had Sam Tordoff in zijn Porsche 997.2 Cup eigenlijk geen schijn van kans, maar de oud-BTCC-coureur veegde wel twee klasseoverwinningen bij elkaar.
Daar voegde hij de algemene overwinning in de Masters Pre-66 Touring Cars aan toe door vanaf pole feitelijk te domineren. Zijn Falcon moest halverwege weliswaar langer in de pits staan (ook vanwege zo’n tijdstraf voor professionals), maar teamgenoot Michael Whitaker Jr kon hem in zijn Mustang niet tegenhouden. Spiers en Greensall werden deze keer derde in nog een Mustang, terwijl BTCC-racewinnaar Josh Cook op de vierde plaats een hele vloot aan Lotus Cortina’s aanvoerde. Mini-specialist Jeff Smith was onnavolgbaar in de kleinste klasse.
Spiers en Greensall voegden tenslotte in de Gerry Marshall Trophy nóg een zege toe aan hun succesweekend. Dat was wel de fout van een ander voor nodig, want Fred Shepherd leek in zijn Ford Mustang Boss op een onbedreigde zege af te stevenen. Totdat de Mustang bij het ingaan van de laatste ronde in de grindbak verdween en Greensall het geschenk dankbaar kon aannemen. Het kleine Golfje van Jim Morris schitterde door in Greensalls kielzog naar een tweede plaats algemeen te rijden.