Terugblik 2014 - René de Boer
Er zijn slechtere plaatsen om te werken dan het circuit van Abu Dhabi
En weer is er een druk jaar voorbij, vol met races voor moderne en historische auto's, skiwedstrijden, beurzen, interviews, reportages, rij- en reisimpressies en andere interessante activiteiten die me iedere keer opnieuw doen realiseren wat een gelukkig en bevoorrecht mens ik toch eigenlijk ben. Maar tegelijkertijd blijkt hoe relatief dit alles ook is, want in juli, in dezelfde week waarin de ramp met de MH17 boven de Oekraïne gebeurde, vloog ik ook in die regio, op de terugreis vanuit Moskou. Dan denk je toch wel eens na over wat er had kunnen gebeuren... En dan is, althans naar mijn overtuiging, dankbaarheid op z'n plaats, niet alleen voor wat ik allemaal kan en mag beleven, maar ook voor alle veilige reiskilometers ter land en in de lucht (nee, geen zee voor mij ditmaal). En dat waren er dit jaar weer heel wat...
Tekst: René de Boer (Twitter: @renedeboer)
Foto's: Tim Upietz, Citroën Racing, Rebocar, Per Peschar, Marcel ten Caat, KNAF/Remco Scheelings, Annette Laqua, Gregor Messer, n.n.
Met een groot deel van het persteam in Dubai
Zoals inmiddels al vele jaren gebruikelijk was mijn eerste 'echte' activiteit (het bezoek aan de Nieuwjaarsrace op Zandvoort was meer een kwestie van handen schudden en bijpraten) de 24-uursrace van Dubai, waar ik alweer acht jaar actief ben als perschef. Het werk met een prettig persteam, met ondermeer collega's Guy Geurts van Circuit Zolder en Kees Koning van Circuit Park Zandvoort, is iedere keer weer een plezierige ervaring en het is mooi om te zien hoe deze race, in 2006 ontstaan uit een initiatief van twee Nederlandse amateurcoureurs in samenwerking met het DNRT, is uitgegroeid tot een van de toonaangevende internationale lange-afstandsraces, die volgende week alweer zijn tiende editie beleeft.
Meerijden op de oval in Daytona
Van de sneeuw naar de zon
Twee weken later reed ik eerst naar het winterse Kitzbühel voor een reportage over de logistiek tijdens de beroemde Hahnenkamm-skiwedstrijden in de week voorafgaand aan de race, en vervolgens vloog ik vanuit München naar Florida voor de 24-uursrace in Daytona, dit jaar de start van het nieuwe 'Tudor United SportsCar Championship', ontstaan uit de overname (pardon: de officiële aanduiding is 'fusie') van de American Le Mans Series door de Rolex Grand-Am-serie. Leuk om met Jeroen Bleekemolen en Renger van der Zande twee landgenoten goed in deze klasse te zien presteren, in Daytona bovendien nog aangevuld door Sebastiaan Bleekemolen en Patrick Huisman. Ook bij de twee volgende USCC-races was ik ter plekke, in Sebring in maart en in Long Beach in april. Hoewel ik de prettige sfeer van de ALMS van vroeger wel een beetje mis – de NASCAR-mentaliteit in de USCC is toch anders – is en blijft de Amerikaanse sportwagenracerij een zeer plezierige omgeving om in te werken en ik ben daar dan ook altijd graag!
In mijn element tussen duizenden boeken en tijdschriften in het NASCAR-archief in Daytona
Direct na terugkomst uit Daytona op dinsdagochtend reisde ik, ondermeer voor 'De Telegraaf', door naar het Oostenrijkse Schladming, waar die avond de traditionele wereldbekerslalom op het programma stond. Het is altijd bijzonder om mee te maken hoe er 50.000 mensen langs de piste staan en nog eens 30.000 in het dorp het spektakel onder kunstlicht meebeleven, zomaar op een doordeweekse dinsdag, en dan alles gewoon 's avonds weer naar huis. Ja, daar heb ik veel meer mee dan rondjes 34,7 in Thialf, hoe goed de Nederlandse schaatsers het ook deden of doen. Maar goed, gelukkig heeft niet iedereen dezelfde smaak.
Altijd spectaculair: de nachtslalom in Schladming, met 50.000 bezoekers