Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet
Boeken en DVD's

Div: Boekrecensies autosport René de Boer

boekbespreking2011

Ook het afgelopen jaar verschenen er weer heel wat nieuwe autosportboeken. Het is inmiddels een goede traditie dat AUTOSPORT.NL-redacteur René de Boer, zelf een groot liefhebber van autosportboeken, een aantal titels voorstelt en van commentaar voorziet. Door drukke werkzaamheden iets later dan in voorgaande jaren, maar we streven ernaar om boekbesprekingen ook iets regelmatiger op deze site te laten verschijnen.

Tekst: René de Boer

boeken_dbr9_nieuw

Thomas Gruber/Christoph Mäder: DBR9 – The Definitive History *****
(uitgave: T-A-G Books, ISBN: 978-3-200-02797-8, 296 pagina’s, Engelse tekst, 28x32 cm, gebonden in leer, slipcase).


Soms belandt er een boek op het bureau dat al bij het uitpakken een grote glimlach op het gezicht tovert. ‘DBR 9 – The Definitive History’ van Thomas Gruber en Christoph Mäder is zo’n boek. In een fraaie zilverkleurige slipcase bevindt zich het in leer gebonden boekwerk. Het leer geurt heerlijk als je het boek uit de cassette haalt. Een nieuwe auto is er niets bij! Op de voorkant is ‘DBR 9’ in positief uitgevoerd, terwijl de ondertitel en de bijbehorende chassisnummers negatief zijn gestanst. Het boek heeft een groot formaat: de 295 pagina’s meten 28 x 33 cm.

Het onderwerp van het boek is de DBR9, de auto waarmee het roemruchte Britse sportwagenmerk Aston Martin na vele jaren van afwezigheid de terugkeer in de racerij beleefde. Dat was met name te danken aan David Richards, die met zijn bedrijf Prodrive een belangrijke rol bij de ontwikkeling van de competitieversie speelde, en Dr. Ulrich Bez, die als topman van Aston Martin de wijze beslissing nam om de race-activiteiten aan Prodrive uit te besteden. Met de DBR9 werd geracet vanaf 2004, het laatste competitieve optreden was tijdens het Aston Martin Festival in het voorprogramma van de 24 Uur van Le Mans 2012. Sinds 2004 werden vele successen behaald in ondermeer FIA GT, ALMS, Le Mans Series, de 24 Uur van Le Mans en nationale GT-kampioenschappen in Frankrijk en Japan. Inmiddels is de GT1-klasse verleden tijd en is auto niet meer gehomologeerd, dus kon de historie van de DBR9 worden vastgelegd. Dat deden de Oostenrijker Thomas Gruber en de Duitser Christoph Mäder. Gruber is zelf de trotse eigenaar van een DBR9 en publiceerde een jaar of tien geleden al het inmiddels lang uitverkochte en zeer gezochte standaardwerk over de Porsche Carrera RS. Mäder, grafisch vormgever van beroep, was jarenlang actief voor Jetalliance Racing, een van de teams die een DBR9 inzetten.

Om de historie van de DBR9 te documenteren, gingen Mäder en Gruber niet over een nacht ijs. Er werden tal van interviews gevoerd met technici, rijders, teamleden en andere betrokkenen. Het eerste deel van het boek beschrijft hoe het tot de terugkeer van Aston Martin in de GT-racerij kwam, gevolgd door een uitgebreid technisch gedeelte over de homologatie, de aandrijflijn, het chassis, de aerodynamica, de handling en technische updates. Daarbij is niet alleen gebruik gemaakt van computertekeningen en foto’s, maar ook van meerdere opeenvolgende transparante pagina’s, waarmee precies de doorgevoerde veranderingen ten opzichte van de straatversie zichtbaar worden, als ware het een 3D-weergave. Ook de versnellingsbak wordt op deze wijze in beeld gebracht. Klasse! Het tweede deel van het boek is gewijd aan de diverse races, waaraan met de auto werd deelgenomen, onderverdeeld per team. Een uitvoerig statistiekgedeelte met alle races, alle chassis, onderverdeeld per auto, per seizoen, per rijder en per team, sluit het boek af.

Er zijn ook diverse landgenoten met de DBR9 actief geweest. Peter Kox natuurlijk met name, want hij reed elf races in de auto, waaronder drie keer Le Mans. Stef Dusseldorp komt er dichtbij, met tien wedstrijden in de FIA GT, en verder vinden we ook Jos Menten (twee keer Le Mans) in de lijst van de in totaal 91 rijders, die met de DBR9 in actie kwamen. Er zijn echter nog veel meer interessante feiten en anekdotes te vinden in dit boek, dat een bijzonder interessant tijdperk in de GT-racerij documenteert. Natuurlijk, met een prijs van 450 Euro voor de standaarduitvoering (‘afficionado’s edition’, noemt de uitgever het) en 650 Euro voor de luxer uitgevoerde ‘driver’s edition’ is het bepaald niet goedkoop, maar gezien de absoluut sublieme uitvoering en de overweldigende hoeveelheid informatie voor de liefhebbers zeker het geld waard. Bovendien, met een gelimiteerde oplage van 3.000 stuks, en met de prijsontwikkeling van Grubers eerdere Porsche Carrera RS-boek in het achterhoofd, zou het wel eens een verstandige investering kunnen zijn, al geldt dat voor de liefhebbers natuurlijk niet als eerste aankoopmotief. Hoe dan ook, Gruber en Mäder hebben een boek van topklasse afgeleverd, wat ons betreft met vlag en wimpel hét AUTOSPORT.NL-autosportboek van het jaar 2012! En hopelijk durft er binnen afzienbare tijd ook iemand een soortgelijk boek aan over dat andere GT1-icoon, de Corvette!

Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet