Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet
Sportscars

Sportscars: Geregisseerde 1-2 voor Toyota in 8-uursrace Portimāo (lang)

210613 WEC Race Toyota 8
Winst na stalorder vor de nummer 8-Toyota van Buemi, Nakajima en Hartley

Dat Toyota de eerste en tweede plaats behaalde in de 8-uurs FIA WEC-race van Portimāo is niet zo verwonderlijk, maar dat de renstal nu al, in de tweede race van het seizoen en zonder noemenswaardige concurrentie, naar stalorders grijpt, is op zijn minst wat bedenkelijk. Tien minuten voor het einde wisselden Buemi en López in respectievelijk de nummer 8- en de nummer 7-Toyota bij het uitkomen van bocht 5 nogal opzichtig van positie en zo ging de overwinning naar Buemi en zijn teamgenoten Nakajima en Hartley. López en zijn collega's Conway en Kobayashi moesten op 1,8 seconden genoegen nemen met de tweede plaats, de pole-winnende Alpine van André Negrāo, Nicolas Lapierre en Matthieu Vaxivière eindigde als derde. In de LMP2-klasse eindigde het JOTA-team op de eerste twee plaatsen, met de overwinning voor het trio Gonzalez/Félix da Costa/Davidson. Beste LMP2-team met Nederlandse inbreng was WRT met Robin Frijns op de vierde plaats in de klasse. Ook de dames van Richard Mille Racing met Beitske Visser deden het keurig als zesde in LMP2. Racing Team Nederland werd met Frits van Eerd, Giedo van der Garde en Job van Uitert tiende algemeen in LMP2 en vierde in de Pro/Am-klasse. AF Corse bezette met zijn Ferrari's de eerste twee plaatsen in GTE-Pro, waarin Alessandro Pier Guidi en James Calado wonnen. De GTE-Am-winst ging ook naar een Ferrari, en wel de Cetilar-488 van Lacorte/Sernagiotto/Fuoco.

Tekst: René de Boer (Twitter: @renedeboer)
Foto's: FIA WEC/Adrenalmedia, RTN/Clément Marin

De Alpine, die dankzij de snelste tijd van Vaxivière in de kwalificatie als eerste mocht vertrekken, had daarmee de optimale uitgangspositie. Lapierre kwam prima weg en nam de leiding, maar het was in de race al snel duidelijk dat de Alpine met zijn reglementair voorgeschreven kleinere brandstoftank in het nadeel was ten opzichte van de Toyota's, die daardoor langere stints konden rijden. Zo moest de Alpine in het verloop van de wedstrijd negen keer naar binnen, tegen acht stops voor de nummer 7-Toyota van Conway/Kobayashi/López en zelfs maar zeven stops voor de winnende Toyota van Buemi/Nakajima/Hartley. López moest tijdens een 'full-course yellow' met nog een halfuur te gaan nog een keer naar binnen voor een 'splash and dash', waardoor Buemi aan de leiding kwam, maar de Zwitser liet López korte tijd later weer passeren, om vervolgens op aanwijzing vanuit de pits zelf de leiding weer over te nemen en de overwinning naar huis te rijden. Voor Toyota was de wedstrijd in Portugal de 100e lange-afstandscompetitie op WK-niveau, de zege was de 32e overwinning in het FIA WEC.

210613 WEC Glickenhaus
De SCG007 van Glickenhaus Racing haalde de finish, maar verloor wel veel tijd na een aanrijding

Achter de beide Toyota's eindigde de Alpine op de derde plaats, met alledrie de auto's in dezelfde ronde. Ook de SCG 007 LMH van Glickenhaus Racing haalde bij zijn racedebuut de eindstreep, zij het met niet minder dan 54 ronden achterstand, het gevolg van een langdurige reparatie nadat Ryan Briscoe in botsing was gekomen met twee auto's uit de GTE-Am-klasse.

In de LMP2-klasse mochten de beide JOTA-Oreca-teams wel vrijelijk de strijd om de overwinning aangaan, een strijd die António Félix da Costa, de enige Portugese rijder in het veld, iets meer dan vijf minuten voor het einde van de race in zijn voordeel besliste door Tom Blomqvist in de zusterauto van het team bij het aanremmen van bocht 5 te passeren, zo de leiding over te nemen en vervolgens de overwinning naar huis te rijden. Félix da Costa deelde de nummer 38-JOTA-Oreca met Roberto Gonzalez en Anthony Davidson. Al vroeg in de race hadden Félix da Costa en Blomqvist het al met elkaar aan de stok gehad, toen de Portugees de Brit in de openingsronde van de wedstrijd al in de tweede bocht in de rondte tikte, waarop de Oreca met het nummer 28 terugviel tot aan de staart van de klasse. Met de tweede plaats kwamen Blomqvist en zijn teamgenoten Stoffel Vandoorne en Sean Gelael toch weer uitstekend terug. De derde plaats in de klasse was voor Phil Hanson, Wayne Boyd en Paul Di Resta in de Oreca van United Autosports, op een halve minuut gevolgd door de WRT-Oreca met Robin Frijns, Ferdinand Habsburg en Charles Milesi.

210613 WEC RTN WRT race
De Racing Team Nederland-Oreca voor die van WRT met onder anderen Robin Frijns

Frijns was op de vierde plaats in de klasse de best geklasseerde Nederlander, ondanks dat het team twee keer een 'drive-through' kreeg: eerst vanwege een niet werkende tankinstallatie en later vanwege het niet op tijd reageren op blauwe vlaggen. Frijns verklaarde: "Ik had een goede start, klom op van de vijfde naar de tweede plaats in de klasse. Ik had een mooie strijd met Giedo van der Garde. Ik had wel het idee dat ik sneller dan hij was, maar wilde geen onnodig risico nemen. Toen waren er die twee straffen en ook een paar aanrijdingen. Nadat ik weer was ingestapt voor de laatste twee stints, voelde de auto niet meer hetzelfde aan als vdaarvoor en we hadden ook minder grip. We moeten kijken of er misschien iets gebroken is. Goed is wel dat we in het begin echt snel waren." Twee posities daarachter eindigde de Oreca van Richard Mille Racing met Beitske Visser, Sophia Flörsch en Tatiana Calderón als zesde in LMP2.

Voor Racing Team Nederland met coureurs Frits van Eerd, Giedo van der Garde en Job van Uitert verliep de race na de succesvolle seizoensstart op Spa-Francorchamps minder voortvarend, in ieder geval wat het resultaat betreft. "Een zeer goede race en een teleurstellend resultaat", noemde teammanager Mark Koense het. "We waren dominant in de Pro/Am-klasse, waarin we na iets meer dan vier uur met een ronde voorsprong op P1 lagen, maar vroeg in het vijfde uur had Job een aanrijding met een GT-Ferrari die probeerde in te halen. Dat leidde tot een reparatie die een ronde of zeven, acht kostte, mede omdat er ook een aandrijfas kapot was. We kwamen weer terug op de vijfde plek in Pro/Am en zijn vierde in de divisie geworden. Daarmee scoren we weliswaar WK-punten, maar omdat we op weg waren naar de overwinning is het natuurlijk toch teleurstellend."

In GTE-Pro kon de pole-winnende Porsche met Neel Jani, Kévin Estre en Michael Christensen de eerste plaats niet vasthouden. In het tweede uur passeerde de jarige James Calado, die vandaag zijn 32e verjaardag vierde, in de nummer 51-Ferrari de pole-winnende Porsche, waarna de Brit en zijn Italiaanse teamgenoot Alessandro Piero Guidi de leiding niet meer uit handen gaven. Voor het AF Corse-Ferrari-team was het de eerste GTE-Pro-zege in het WEC sinds Shanghai 2019. In de andere Ferrari van het team completeerden Daniel Serra en Miguel Molina het succes met de tweede plaats. Daarachter eindigden de beide Porsches, Estre/Jani/Christensen nog in dezelfde ronde als de beide Ferrari's, Bruni/Lietz/Makowiecki met een ronde achterstand na aanhoudende bandenproblemen.

210613 FIA WEC Cetilar
GTE-Am-zege voor de Cetilar-Ferrari

In de GTE-Am-klasse behaalde Cetilar Racing de overwinning met rijders Giorgio Sernagiotto, Roberto Lacorte en Antonio Fuoco in de Ferrari bij pas de tweede deelname van het vroegere prototype-team in de GTE-Am-klasse van het WEC. Fuoco kwam met een voorsprong van 5,8 seconden op de van pole vertrokkken Project 1-Porsche van Egidio Perfetti, Riccardo Pera en Matteo Cairoli over de eindstreep. De derde plaats was voor de Vistajet-AF Corse-Ferrari van Thomas Flohr, Francesco Castellacci en Giancarlo Fisichella.
Autosport.nl Hét autosport magazine op Internet