Diversen: Stukje geschiedenis III: Ontwikkelingen korte termijn

In navolging van het artikel het "ontstaan van de kartsport" en deel II "Ontwikkelingen in de kartsport" blikken we nu vooruit naar de ontwikkelingen op korte termijn.

Tekst: ingezonden

Door het niet aantrekken van de economie is het te verwachten dat het aantal rijders op korte termijn niet snel terug zal komen op het niveau van 2008 - 2010. Het vasthouden van het huidige aantal rijders zal op zich al een uitdaging zijn. Om op internationaal niveau mee te kunnen strijden, nemen de kosten explosief toe, met als gevolg dat de top steeds smaller wordt. Ook op nationaal niveau wordt er veel geld uitgegeven om te beschikken over top materiaal en begeleiding, en zal het verschil tussen veel en weinig financiële middelen toenemen.

Het aantal actieve leden van verenigingen neemt steeds verder af. Voor elke dienst verricht, wenst men een vergoeding te ontvangen, dus zullen de kosten voor de verenigingen om een wedstrijd te organiseren steeds verder toenemen.

De rijders verwachten vaak grote professionaliteit van de organisatoren en de organisatoren moeten zich steeds meer indekken tegen de oprukkende claim cultuur. Door de hoge kosten voor het materiaal en een wedstrijd wordt er van de organisatoren een hoge professionaliteit verwacht. Gezien de professionaliteit van de teams en begeleiders zal de controle op het materiaal steeds scherper moeten worden. Vanuit de CIK wordt ook meer professionaliteit gevraagd van de organiserende en toezicht houdende instanties.

Daar waar vroeger het grootste deel van het rijderveld uit vaders met zonen bestond die graag sleutelden aan hun materieel, is de paddock nu gevuld met teams met grote vrachtauto’s en tenten die de rijders begeleiden. Ouders en rijders zijn gasten geworden die geld uitgeven en die resultaten verwachten naargelang men meer geld spendeert. Gezien de kosten voor de begeleiding wordt ook van de teams een grote professionaliteit verwacht en is de druk hoog om de grenzen van het toelaatbare op te zoeken om de rijder op het podium te krijgen.

Wat te doen?
Doorgaan op dezelfde weg leidt niet tot fundamentele verandering. De versnippering zet zich alleen maar verder door. Willen wij deze trend keren, dan zullen er keuzes gemaakt moeten worden.

De basis van de sport ligt in recreatieve Karting. De grootste groep rijders is te vinden in de groep die gebruikt maakt van huurkarts, zowel outdoor als indoor. Wil men daarna verder dan zal men een eigen kart gaan aanschaffen. De jeugd start op een lokale baan die lokale wedstrijden organiseert, deze wedstrijden zijn ook geschikt voor de oudere rijders die recreatief wedstrijden willen rijden tegen geringe kosten. Vanuit het lokale niveau moet men kunnen doorgroeien naar het nationale niveau en van daaruit naar het Internationale veld. Daar slechts een klein deel van de rijders uiteindelijk internationaal doorgroeien, zal er een brede basis moeten zijn op lokaal niveau. Willen we op lokaal niveau kwalitatief goede en goedkope wedstrijden kunnen bieden, dan moet het aantal klassen beperkt worden om het aantal deelnemers per klasse voldoende te laten zijn. Als rijders instromen op nationaal niveau is het gat tussen de ervaren rijders en nieuwe rijders vaak erg groot. Ook zijn de investeringen voor nieuwe rijders dan erg hoog, wat rijders (ouders) kan afschrikken om te beginnen of door te gaan met wedstrijden. Er moet voor worden gezorgd dat de lokale basis van waaruit men begint laagdrempelig is, met goede doorstroom mogelijkheden naar het nationale en Internationale niveau. De kosten moeten daarbij bereikbaar zijn voor een breed publiek. Het verplicht stellen van deelnemen aan een nationaal kampioenschap om internationaal mee te mogen doen, staat bij het CIK hoog op de agenda.

Het is van essentieel belang dat er minimaal een nieuw outdoor kartcircuit in de Randstad komt, daar de basis ook door het verdwijnen van de circuits in Amsterdam en Uitgeest enorm is aangetast.